Plan: | Buitengebied: Buitenkade 13 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0870.04BP1071BgBuitk13-VA01 |
het bestemmingsplan Buitengebied: Buitenkade 13 met identificatienummer NL.IMRO.0870.04BP1071BgBuitk13-VA01 van de gemeente Werkendam.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
het op de verbeelding of in de regels aangegeven percentage tot waar het bouwperceel maximaal mag worden bebouwd, of wanneer dat in deze regels uitdrukkelijk is bepaald, het percentage tot waar het bouwvlak maximaal mag worden bebouwd.
bebouwing die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, met uitzondering van bebouwing die weliswaar bestaat op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar is gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren (of horizontale balklagen)is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van kelder, onderbouw, dakopbouw en/of zolder.
een aaneengesloten stuk grond, waarop volgens de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
een vrijstaand of aan het hoofdgebouw aangebouwd gebouw, dat al dan niet in directe verbinding staat met dat hoofdgebouw en dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw en dat indien het vrijstaat, niet voor bewoning is bestemd.
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of dat gebied heeft gemaakt.
een samenhangend netwerk van natuurgebieden van (inter)nationaal belang met als doel de veiligstelling van ecosystemen met de daarbij behorende soorten bestaande uit de meest waardevolle natuur- en bosgebieden en andere gebieden met belangrijke aanwezige en te ontwikkelen natuurwaarden. Tot de ecologische hoofdstructuur behoren bestaande en te ontwikkelen natuurgebieden en ecologische verbindingszones.
een verbinding tussen bestaande en te ontwikkelen natuurgebieden van de ecologische hoofdstructuur met als doel geïsoleerde leefgemeenschappen van dieren en planten met elkaar te verbinden waardoor soorten beter kunnen voortbestaan doordat zij binnen de grotere leefgebieden hun genen kunnen uitwisselen.
de aan een gebied toegekende waarde die verband houdt met de aanwezigheid en samenhang van dieren en planten en hun leefomgeving en/of tussen dieren en planten onderling.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
het inpassen van een gebouw of een gebruik in het landschap, waarbij afstemming plaatsvindt op de context/karakteristiek van het landschap, bijvoorbeeld door middel van de architectuur van het gebouw en/of de aanplant van gebiedseigen beplanting.
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van de aardoppervlakte, die wordt bepaald door de herkenbaarheid en de identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de aanwezige flora- en fauna.
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.
de naar de openbare weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt.
denkbeeldige lijn die strak langs de voorgevel van een gebouw loopt tot aan de zijdelingse bouwperceelsgrenzen.
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging en waterkwaliteit, zoals duikers, stuwen, gemalen en inlaten.
alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de wegen of paden behorende bermen en zijkanten, de tot de wegen of paden behorende vrijliggende fietspaden, alsmede de aan de wegen liggende parkeerterreinen.
een gebouw dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van één huishouden.
eenheid in de vorm van een woning.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de daarbij behorende:
Gebouwen mogen niet worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering, omvang en hoogte van bouwwerken met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede voor:
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Toegestaan zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde met een maximale bouwhoogte van 8 meter.
De voor 'wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen gelden de volgende regels.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.2.3 onder c voor de bouw van een erker aan de voor- of zijgevel van een hoofdgebouw, mits:
De oppervlakte aan erfverharding mag niet meer bedragen dan 180 m².
Tot een gebruik strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken het bepaalde in lid 5.4.2 onder a voor toestaan van het uitoefenen van een beroep of bedrijf aan huis in de woning of bijgebouwen behorend bij de woning, mits:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en afmetingen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, indien zulks noodzakelijk is:
Tot gebruik in strijd met dit bestemmingsplan wordt in ieder geval gerekend:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zeekleilandschap - eerste aanwaspolders' zijn de gronden mede bestemd voor de instandhouding, herstel en ontwikkeling van het zeekleilandschap, subtype eerste aanwaspolders, met de volgende kernkwaliteiten: openheid, grootschalig karakter, doorschemerend (micro)reliëf, kades en dijken en bijbehorende taluds.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zoekzone - water', mogen de gronden niet minder geschikt worden voor de ontwikkeling, instandhouding en herstel van watersystemen; hieromtrent dient het betrokken waterschapsbestuur te worden gehoord.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zoekzone - EVZ', mogen de gronden niet minder geschikt worden voor de ontwikkeling en instandhouding van een ecologische verbindingszone.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in deze regels of de aanwijzingen op de verbeelding, voor:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zoekzone - EVZ' geheel of gedeeltelijk te wijzigen in de bestemming Natuur, mits de gronden voor natuurontwikkeling zijn aangekocht.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zoekzone - water' geheel of gedeeltelijk te wijzigen in de bestemming Water, mits:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Buitengebied: Buitenkade 13.