Plan: | Buitengebied Woudrichem herziening 2018 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1959.BuiBP018WouHer2018-VG02 |
Het bestemmingsplan 'Buitengebied Woudrichem herziening 2018' heeft uitsluitend betrekking op:
Het bestemmingsplan Buitengebied Woudrichem (vastgesteld 21 juni 2011), zoals dat luidt voorafgaand aan het moment van vaststelling van deze herziening, blijft voor het overige ongewijzigd.
het bestemmingsplan 'Buitengebied Woudrichem herziening 2018' met identificatienummer NL.IMRO.1959.BuiBP018WouHer2018-VG02 van de gemeente Altena;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
uitbreiding van een hoofdgebouw;
een beroeps- dan wel bedrijfsmatige activiteit die in de woning, dan wel een bij de woning behorend (vrijstaand) bijgebouw binnen het bestemmingsvlak, door de bewoner wordt uitgeoefend, die in zijn functie ondergeschikt is aan de woning en die qua aard, intensiteit en uitstraling past binnen de woonomgeving;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
waarden en kenmerken van een gebied die vanwege geologische, geomorfologische, bodemkundige en
(geo)hydrologische verschijnselen en processen en vanwege de natuurlijke ontstaansgeschiedenis van de bodem van belang zijn;
een bijgebouw bij een woning, dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met die woning en waar een gedeelte van de huishouding, zoals gehuisvest in die woning, uit een oogpunt van mantelzorg is ondergebracht;
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of
door middel van het houden van landbouwdieren; onder agrarische bedrijven worden tevens begrepen
boomteeltbedrijven, sierteeltbedrijven en productiegerichte paardenhouderijen;
inrichting die tot een, krachtens artikel 1.1, derde lid, Wet milieubeheer, aangewezen categorie behoort en die is gericht op het voortbrengen van producten door het telen van gewassen of door het houden van dieren, zijnde: een (vollegronds)teeltbedrijf, een veehouderij, een glastuinbouwbedrijf of een overig agrarisch bedrijf);
een aanduiding 'bouwvlak' binnen de bestemming Agrarisch - 1, Agrarisch - 2 of Agrarisch met waarden;
het telen of kweken van gewassen en/of het fokken, mesten, houden of verhandelen van landbouwhuisdieren;
het telen van gewassen en/of het beweiden door landbouwhuisdieren;
gemechaniseerd loonwerk ten behoeve van land-, tuin-, bos-, of natuurbouw wordt verricht of waarbij gebruik gemaakt wordt van het telen van gewassen, het houden van dieren of het toepassen van andere land-, tuin-, bos- of natuurbouwkundige methoden, met uitzondering van mestbewerking;
bedrijf dat geheel of in overwegende mate gericht is op het verlenen van diensten aan particulieren of niet-agrarische bedrijven waarbij gebruik gemaakt wordt van het telen van gewassen, het houden van dieren of het toepassen van andere land-, bos- of natuurbouwkundige methoden, met uitzondering van mestbewerking;
waarden van een terrein in verband met de zich mogelijk daarin bevindende oudheidkundige zaken die van belang zijn vanwege hun schoonheid, hun betekenis voor de wetenschap en/of hun cultuurhistorische waarde;
Wet van 4 juni 1992, Stb. 315, houdende algemene regels van bestuursrecht, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
een lijnvormige verzameling van gebouwen langs een weg, doorgaans dubbelzijdig aanwezig, dan wel een vlakvormige verzameling van gebouwen bij een kruispunt van wegen in het buitengebied, veelal met een historisch gegroeide menging van kleinschalige buitengebied- en niet-buitengebiedfuncties;
een in de regels opgenomen of aangeduid percentage, dat de grootte van het deel van een terrein (bouwvlak, bestemmingsvlak, bouwperceel etc.) aangeeft, dat maximaal mag worden bebouwd;
een nevenactiviteit met als doel het verstrekken van logies en ontbijt aan steeds wisselend publiek, dat voor
een korte periode, namelijk één tot enkele nachten, ter plaatse verblijft; onder bed & breakfast wordt niet
verstaan overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden
werkzaamheden en/of arbeid;
een kleinschalige, aan de woonfunctie ondergeschikte, kortdurende, toeristische verblijfsvoorziening, voor uitsluitend logies en ontbijt, die deel uitmaakt van het hoofdgebouw of is gevestigd in één van de bijgebouwen;
handelingen en werkzaamheden die plaatsvinden in het kader van de uitoefening van een bedrijf;
een gebouw dat dient voor de uitoefening van één of meer bedrijfsactiviteiten;
het via een bedrijf, stichting of ander rechtspersoon voeren van een zodanig beheer/ exploitatie, dat in de recreatieverblijven daadwerkelijk recreatief gebruik plaatsvindt;
een woning, in of bij een gebouw of op een terrein, bedoeld voor (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar gelet op de bedrijfsvoering noodzakelijk moet worden geacht;
de definitie als opgenomen in het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
de bouwlaag van een gebouw waarvan de bovenkant van de vloer maximaal 1 m boven peil is gelegen;
Besluit van 27 mei 2004, houdende milieukwaliteitseisen voor externe veiligheid van inrichtingen milieubeheer;
Besluit van 25 maart 2010, houdende regels ter uitvoering van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning;
het op weidegrond vrij laten rondlopen van landbouwhuisdieren;
iemand die zijn hoofdverblijf heeft in de woning en ook als zodanig staat ingeschreven in de GBA;
een functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw;
elk terrein waarop bosbouw wordt uitgeoefend, zijnde het geheel van bedrijfsmatig handelen en activiteiten gericht op de duurzame instandhouding en ontwikkeling van bestaande en nieuwe bossen ten behoeve van (een of meerdere van de functies) natuur, houtproductie, landschap, milieu (waaronder begrepen waterhuishouding) en recreatie;
een (voormalige) agrarische bedrijfswoning met in de bouwmassa opgenomen (voormalige) agrarische bedrijfsruimten, die samen een geïntegreerde eenheid (bouwkarakteristiek waarbij woon- en stalgedeelte van oudsher aan elkaar verbonden zijn) vormen;
plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten van een bouwwerk;
de grens van een bouwvlak;
doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk of dat gebied, zoals dat ondermeer tot uitdrukking komt in de beplanting, het reliëf, de verkaveling, het sloten- of wegenpatroon en/of de architectuur;
activiteiten ter ontspanning in de vorm van sport, spel, toerisme en educatie, waarbij overnachting niet is toegestaan; huifkarren worden hier mede onder begrepen;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren
van goederen aan degene die deze goederen kopen voor eigen gebruik, verbruik of aanwending
anders dan in
de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit
;
dienstverlening door een bedrijf met uitsluitend of in hoofdzaak een verzorgende taak met een publieksgerichte functie zoals wasserette, kapsalon, schoonheidssalon, opticien, autorijschool, videotheek, uitzendbureau, reisbureau, bank, postkantoor, telefoon-/internetdienst, makelaarskantoor, fotoatelier (inclusief ontwikkelen), kopieerservicebedrijf, schoenreparatiebedrijf, alsmede naar aard en uitstraling overeenkomstige bedrijven;
diepploegen toegevoegd: het ploegen op een diepte van meer dan 50 cm met als doel om de (vruchtbare) ondergrond naar boven te halen;
gebouw voor het houden van landbouwhuisdieren, inclusief de daartoe behorende voorzieningen.
een bestaand agrarisch bouwvlak met een zodanige ligging dat het zowel vanuit milieu-oogpunt (ammoniak, stank en dergelijke) als vanuit ruimtelijk oogpunt (natuur, landschap en dergelijke) verantwoord is om te laten groeien tot een aanduiding 'bouwvlak' van maximaal 1,5 hectare voor een intensieve veehouderij;
zone die dienst doet als verspreidingsgebied respectievelijk migratieroute voor planten en dieren tussen verschillende natuurgebieden. Aanleg van verbindingszones heeft als doel barrières tussen deze gebieden op te heffen;
zorg waar men zelf zonder verwijzing naartoe kan gaan;
een weg die in de Nederlandse wegcategorisering wordt aangemerkt als het meest lokale wegtype, waarbij langzaam verkeer en gemotoriseerd verkeer gemengd is, zonder rijrichtingscheiding en meestal zonder gescheiden fietspaden;
een jaarlijks terugkerende één- of meerdaagse festiviteit met bijbehorende voorzieningen, zoals parkeerplaatsen en tijdelijke bouwwerken;
die vormen van natuurvriendelijke recreatie welke in hoofdzaak zijn gericht op natuur- en landschapsbeleving, zoals wandelen, fietsen, picknicken, kanoën, survivaltochten en natuurgerichte recreatie zoals vogelobservatie;
dag- en verblijfsrecreatieve voorzieningen die aansluiten bij het agrarisch bedrijf of bij de natuur- en landschapsbeleving van het landelijk gebied;
een aangeduid ruimtelijk begrensd gedeelte van een gebiedsplan met het primaat wonen of natuur, waar uitbreiding, hervestiging of nieuwvestiging van in ieder geval intensieve veehouderij onmogelijk is;
een weg die in de Nederlandse wegcategorisering wordt aangemerkt als een weg met gelijkvloerse kruisingen welke is bedoeld om landelijk of stedelijk gebied te ontsluiten. De wegvakken hebben hierbij een doorstroomfunctie, terwijl de gelijkvloerse kruispunten uitwisseling van verkeer mogelijk maken met lagere orde wegen;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
woningen, scholen voor basisonderwijs, voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs, hoger onderwijs en gezondheidszorggebouwen;
bedrijven welke vallen onder artikel 2.4. van Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer;
agrarische bedrijven met een grondgebonden bedrijfstak en een intensieve veehouderijtak;
de vorm van het landschap, ontstaan door geologische processen en beïnvloedt door menselijk handelen;
gebouw, bestemd voor en blijkens aard, indeling en inrichting geschikt om te worden gebruikt voor menselijk wonen of menselijk verblijf en die daarvoor permanent of een daarmee vergelijkbare wijze van gebruik, wordt gebruikt;
een bedrijf, dat is gericht op het telen van gewassen door in hoofdzaak gebruik te maken van permanente kassen of tunnels;
het verbouwen van wilgenhout dat ontstaat en in stand wordt gehouden door periodiek dicht bij de grond afzetten door middel van snijden of hakken;
een gebouw bestemd voor verblijfsrecreatie door meerdere personen in groepsverband;
agrarisch bedrijf met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate niet in gebouwen plaatsvindt;
Grondgebonden bedrijven zijn in ieder geval: akkerbouw-, fruitteelt- en vollegrondstuinbouwbedrijven en boomteeltbedrijven, waarvan de bomen rechtstreeks in de grond zijn geplant;
veehouderij waarvan het voer en de mest voor het overgrote deel gewonnen respectievelijk aangewend worden op gronden die in gebruik zijn van de veehouderij en die in de directe omgeving liggen van de bedrijfslocatie, zoals beschreven in de provinciale omgevingsverordening of een vergelijkbare verordening met de daarbij behorende provinciale uitwerkingen en/of nadere regels;
een uit één of meerdere lagen bestaande woning inclusief kap, met een voordeur die
rechtstreeks uitkomt op de buitenruimte;
het verplaatsen van een bestaand agrarisch bedrijf van het ene agrarisch bouwvlak naar een ander agrarisch bouwvlak;
een omvang die niet als bedrijfsmatig wordt aangemerkt en/of waarbij geen vergoeding wordt gevraagd voor gebruik;
het telen van gewassen en/of het beweiden door landbouwhuisdieren, niet gericht op een reële inkomensvorming;
een (deel van een) gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie en/of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken;
een activiteit, waarbij bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarbij bedrijfsmatig logies worden verstrekt, één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van erotisch getinte vermaaksfunctie en een discotheek;
bomen, struiken, cactussen of doorlevende klimplanten (zoals druiven);
het voortbrengen van hout op bedrijfsmatige wijze door een mede daarop afgestemd duurzaam beheer van bos;
een bedrijf dat is gericht op het kweken en verkopen van planten en siergewassen en het aanleggen en onderhouden van tuinen en andere groenvoorzieningen;
een huishouden bestaat uit één of meer personen die op hetzelfde adres wonen en een economisch-consumptieve eenheid vormen. Van een huishouden is slechts sprake indien er bloedverwantschap, huwelijksbinding of een daaraan in intensiteit en continuïteit gelijk te stellen mate van binding tussen de bewoners is.
het in een gebouw bergen van goederen, die geen regelmatige verplaatsing behoeven, zoals (antieke) auto's, boten en caravans. De opslag mag niet bestemd zijn voor de handel danwel worden opgeslagen voor een elders gevestigd niet-agrarisch bedrijf;
agrarisch bedrijf met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate in gebouwen plaatsvindt en
gericht is op het houden van dieren, zoals rundveemesterij, varkens-, vleeskalver-, pluimvee-, pelsdier-,
geiten-
of schapen
houderij of een combinatie van deze bedrijfsvormen, alsmede naar de aard daarmee gelijk
te stellen bedrijfsvormen;
het bedrijfsmatig verhuren of het aanbieden van kamers voor bewoning. Hieronder wordt niet verstaan de
verhuur door particulieren van maximaal twee kamers in de door hen zelf bewoonde woning;
omgevingsverordening van de provincie Noord-Brabant vastgesteld op 25 oktober 2019 met inbegrip van latere wijzigingen;
het gelegenheid geven tot het houden van recreatief nachtverblijf in gebouwen deel uitmakend van een agrarische bedrijf dan wel een voormalig agrarisch bedrijf;
tent, tentwagen, kampeerauto of caravan dan wel enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
standplaats voor één of een aantal bij elkaar behorende kampeermiddelen;
terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en blijkens die inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief verblijf;
een verblijfsruimte die door haar aard, indeling en inrichting kennelijk is bedoeld voor het verrichten van werkzaamheden van hoofdzakelijk administratieve aard zonder baliefunctie;
gebouwen waarvan de wanden en het dak voornamelijk bestaan uit glas of ander lichtdoorlatend materiaal en dienend voor de productie van gewassen onder geconditioneerde klimaatomstandigheden, zoals het kweken, trekken, vermeerderen, opkweken, of verzorgen van vruchten, bloemen, groenten, planten of bomen, alsmede in voorkomende gevallen tot bescherming van de omgeving tegen milieubelastende stoffen;
in dit kader dient een minimale basisinspanning te worden geleverd van 20% van de
waardevermeerdering van de grond en/of het object, conform de Regeling Kwaliteitsverbetering van het landschap Altena 2019, als opgenomen in Bijlage 1 dan wel soortgelijke opvolgende regelingen of besluiten van de gemeente Altena
de definitie als opgenomen in het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
rundvee, pluimvee (kippen, eenden, ganzen, kalkoenen, parelhoenders, struisvogels e.d.), varkens, schapen,
geiten, pelsdieren, konijnen, paarden, wormen e.d., consumptievissen (meerval, forel, paling, zeebaars,
zeebrasem, tilapia e.d.);
dieren die worden gehouden voor de productie van bijvoorbeeld melk, vlees, wol, eieren of in verband met het berijden ervan. Bijvoorbeeld paarden, rundvee, schapen, geiten, varkens, kippen, eenden, pelsdieren, konijnen, parelhoenders, paarden, struisvogels, waterbuffels, herten, lama's en fazanten;
een op de verbeelding ruimtelijk begrensd gedeelte van een gebiedsplan met het primaat landbouw dat geheel of gedeeltelijk voorziet, in de mogelijkheid tot uitbreiding, hervestiging of nieuwvestiging van intensieve veehouderij;
het inpassen van een gebouw of een gebruik in het landschap, waarbij afstemming plaatsvindt op de context van het landschap door middel van de architectuur van het gebouw en/of de aanplant van gebiedseigen beplanting;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het waarneembare deel van het aardoppervlak, die wordt bepaald door de onderlinge samenhang en beïnvloeding van de levende en niet-levende natuur;
een sportactiviteit waarbij motorisch of mechanisch geluid wordt geproduceerd dat zodanig is dat het omgevingslawaai wordt overschreden, waaronder in ieder geval begrepen de rallysport, motorsport, (model)vliegsport; de jachtsport wordt hier niet onder begrepen;
gebouwd in overeenstemming met de Woningwet dan wel de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
het bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden, waarbij het kenmerk is dat de betreffende persoon het hoofdverblijf elders heeft;
een gebouw specifiek ingericht voor het bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden voor meer dan tien personen, waarbij het kenmerk is dat de betreffende personen het hoofdverblijf elders hebben;
een bedrijf dat – voornamelijk met behulp van verplaatsbare werktuigen- diensten verleent aan agrarische bedrijven, hetzij in verband met de bodemcultuur, hetzij ter uitvoering van grondwerkzaamheden;
een recreatief bedrijf dat hoofdzakelijk op eigen terrein binnen of buiten een gebouw gelegenheid geeft tot het beoefenen van de paardensport en al dan niet mogelijkheden biedt voor het verblijf en de verzorging van paarden;
het bieden van zorg aan eenieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychisch en/of sociaal vlak, op
vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband;
intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte met een verklaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medisch adviseur kan worden aangetoond;
de toepassing van basistechnieken of combinaties daarvan met als doel de aard, samenstelling of
hoedanigheid van dierlijke mest te wijzigingen;
de toepassing van basistechnieken of combinaties daarvan met als doel de aard, samenstelling of hoedanigheid van dierlijke mest te wijzigen, zoals droging, bezinking, (co)vergisting, scheiding, hygienisatie of indamping van mest;
een kleinschalig kampeerterrein als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf of een burgerwoning;
hydrologisch kwetsbaar natuurgebied;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door geologisch, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang;
het ontplooien van activiteiten op een agrarisch bouwvlak die niet rechtstreeks de uitoefening van de agrarische bedrijfsvoering betreffen;
agrarisch bedrijf met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate in gebouwen plaatsvindt;
Niet-grondgebonden bedrijven zijn in ieder geval: intensieve veehouderijen, glastuinbouwbedrijven en gebouwgebonden teeltbedrijven en kwekerijen, zoals champignonteeltbedrijven, witlofkwekerijen, nertsenfokkerijen, viskwekerijen en wormenkwekerijen;
een beroeps- of bedrijfsactiviteit, waarvan de activiteiten niet specifiek publiekgericht zijn, en dat op kleine
schaal in een (bedrijfs)woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend, waarbij de
(bedrijfs)woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende activiteit een
ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie ter plaatse;
projectie van een al dan niet gekoppeld agrarisch bouwvlak op een locatie die volgens het ter plaatse geldende bestemmingsplan niet is voorzien van een zelfstandig bouwvlak, dan wel het splitsen van een bestaand agrarisch bedrijf;
vergunning voor activiteiten als genoemd in artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
het geheel, danwel in overwegende mate overstappen van een van de volgende agrarische bedrijfsvormen in een andere, ook in de opsomming genoemde bedrijfsvorm:
een horecavoorziening binnen een bestemming waarvan de functie een andere dan horeca is maar waar men uitsluitend ten behoeve van de hoofdfunctie een ruimte specifiek heeft ingericht voor de consumptie van drank en etenswaren;
een niet-grondgebonden agrarisch bedrijf, niet zijnde een i
ntensieve
veehouderij of een glastuinbouwbedrijf;
een dakconstructie vrijstaand zonder wanden dan wel aan maximaal
drie
twee zijden begrensd door de gevels van belendende gebouwen, die niet wordt aangemerkt als een gebouw;
wanneer er geen concrete gebruiksfunctie voor bebouwing aanwezig is gerelateerd aan de (nieuwe) bestemming;
een buitenrijbaan ten behoeve van paardrijactiviteiten, met een bodem van zand, hout, boomschors of ander materiaal om de bodem te verstevigen en al dan niet voorzien van een omheining;
een uit bedrijfseconomisch oogmerk opgezette houderij voor paarden die uitsluitend of in hoofdzaak is gericht op het fokken, trainen, africhten en verhandelen van paarden, waarbij tevens als ondergeschikte nevenactiviteit is toegestaan het geven van instructie aan ruiter en paard; hierbij zijn publieks- en/of verkeersaantrekkende activiteiten niet toegestaan;
een bedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van logies met als nevenactiviteit het verstrekken van
maaltijden en/of dranken aan logerende gasten;
een voor een ieder toegankelijk gebouw voor het bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden gedurende kortere of langere periode, waarbij het kenmerk is dat de betreffende persoon het hoofdverblijf elders heeft. Een pension heeft een relatie met het begrip 'horeca': er worden naast het beschikbaar stellen van verblijf ook andere faciliteiten geboden, zoals eten en drinken;
het stallen van paarden van derden;
een voormalige agrarische bedrijfswoning, die mag worden bewoond door derden, die geen functionele relatie hebben met het agrarisch bedrijf;
een publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit, waarvan de activiteiten in hoofdzaak publieksgericht zijn
en waarvan de omvang en uitstraling zodanig is, dat de activiteit past binnen de desbetreffende
woonomgeving en derhalve in een (bedrijfs)woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen, met behoud van
de woonfunctie, kan worden toegestaan;
een vorm van recreatie waarbij de mogelijkheid geboden wordt om in betrekkelijke afzondering rust, ruimte,
natuur en landschap te ervaren;
die vormen van openluchtrecreatie, die plaats hebben in een omgeving met een niet-recreatieve hoofdfunctie, waarbij het medegebruik ondergeschikt is aan de hoofdfunctie en het hoofdgebruik;
een gebouw dat dient als recreatieverblijf voor gebruikers die hun hoofdverblijf elders hebben;
een terrein voor het plaatsen en geplaatst houden van recreatiewoningen;
de Regeling Kwaliteitsverbetering van het landschap Altena 2019, als opgenomen in Bijlage 1 dan wel soortgelijke opvolgende regelingen of besluiten van de gemeente Altena
een begrensd gedeelte van de rijbaan dat voldoende breed is voor een rij voor het op dat gedeelte voorkomende verkeer;
een inrichting als bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
kwaliteit van een gebied die bepaald wordt door de mate waarin sprake is van gebruikswaarde,
belevingswaarde en toekomstwaarde;
bouwactiviteiten en planologische gebruiksactiviteiten waarvoor op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en het Besluit omgevingsrecht een omgevingsvergunning is vereist;
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof hij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in elk geval verstaan: seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, parenclub en (raam) prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
geheel of gedeeltelijk afbreken;
een gebouw voor recreatief nachtverblijf, in de vorm van een caravan;
opslag van goederen, die geen regelmatige verplaatsing behoeven, zoals auto's, boten en caravans en dergelijke;
producten, gemaakt met grondstoffen die als streekeigen worden beschouwd en/of volgens streektraditie geteelde producten, en/of producten die volgens een specifieke bereidingswijze of receptuur van een bepaalde regio wordt geproduceerd;
teeltondersteunende voorziening, bestaande uit een kas, voor een vollegrondstuinbouwbedrijf of boomteeltbedrijf. Hieronder worden ook schuurkassen, permanente tunnel- of boogkassen begrepen;
voorzieningen in, op of boven de grond, die door agrarische bedrijven met plantaardige teelten worden gebruikt om de productie onder meer gecontroleerde omstandigheden te laten plaatsvinden; te onderscheiden zijn de volgende categorieën:
het huisvesten van werknemers, die in een periode van grote arbeidsbehoefte gedurende enkele maanden op een agrarisch bedrijf werkzaam zijn om naar de aard kortdurend werk te verrichten, voorzover noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering;
* wanneer in deze regels 'emissie N/kg/jaar' wordt gebruikt, wordt de hiervan onderdeel uitmakende hoofdletter 'N' bedoeld als verzamelnaam voor NH3 en NOx.
een klein vrijstaand gebouw, zonder eigen sanitaire voorzieningen, bestemd voor verhuur voor recreatieve doeleinden in de vorm van verblijfsrecreatie aan steeds wisselende wandelaars, fietsers, ruiters, kanoërsof autogebruikers, waarbij verhuur aan dezelfde personen maximaal 3 dagen/nachten mag zijn;
detailhandel met een al dan niet geheel overdekt verkoopvloeroppervlak waarop artikelen voor de aanleg, inrichting en het onderhoud van en het verblijf in particuliere tuinen en daarmee rechtstreeks samenhangende artikelen en diensten worden aangeboden zoals tuinplanten en bomen, bloemen en planten, dieren, bloembollen en zaden, gereedschap, decoratiemateriaal buitenhuis en binnenhuis, materiaal ten behoeve van klein en groot tuinonderhoud, dierbenodigdheden, diervoeding, seizoensartikelen in geval van kerstmarkt, paasmarkt, kleinmeubelen, tuinzwembaden en tuinsauna's, tuin gerelateerd speelgoed, tuinartikelen(tuinmeubilair), koffiecorner;
een werk of bouwwerk voorzien van een bedekking van lichtdoorlatend materiaal en dienend tot het kweken, trekken, vermeerderen, opkweken of verzorgen van vruchten, bloemen, groenten, planten of bomen, alsmede in voorkomende gevallen tot bescherming van de omgeving tegen milieubelastende stoffen;
deel van een gebouw welke blijvend is ingericht voor recreatief nachtverblijf, waarbij wordt overnacht in zelfstandige eenheden
agrarisch bedrijf gericht op het fokken, mesten en houden van runderen, varkens, schapen, geiten, pluimvee, tamme konijnen en pelsdieren;
het ontplooien van activiteiten op een agrarisch bouwvlak die verbonden zijn aan de bestaande te behouden agrarische bedrijfsvoering;
recreatie in ruimten welke zijn bestemd of opgericht voor recreatief nachtverblijf, zoals een recreatiewoning, groepsaccommodatie/logeergebouw, pension, bed & breakfast, kampeermiddel of trekkershut door personen die hun hoofdwoonverblijf elders hebben;
de voor het publiek zichtbare en toegankelijke winkelruimte ten behoeve van de detailhandel;
een aangeduid ruimtelijk begrensd gedeelte van een gebiedsplan, gericht op verweving van landbouw, wonen en natuur. Hervestiging of uitbreiding van intensieve veehouderij is mogelijk mits de ruimtelijke kwaliteit of functies van het gebied zich daar niet tegen verzetten;
de totale oppervlakte, gemeten op vloerniveau, die voor een functie wordt gebruikt;
grond waarop, anders dan ten dienste van een agrarisch bedrijf, op kleine schaal voedings- en/of siergewassen worden geteeld en voornamelijk ten eigen behoeve;
bedrijf met de omvang van ten minste één volwaardige arbeidskracht met een daarbij passende arbeidsomvang en een daaruit te verwachten redelijk inkomen;
de denkbeeldige lijn, evenwijdig aan de as van de weg waaraan gebouwd wordt, op een afstand van de weg die:
wijziging van de begrenzing van een bouwvlak zonder dat dit gepaard gaat met een vergroting van de totale oppervlakte;
doeleinden die het waterhuishoudingsbelang dienen, zoals watergangen, waterstaatkundige kunstwerken, onderhoudsstroken ten behoeve van het beheer en onderhoud van een watergang e.d., voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waterafvoer, waterinfiltratie en waterberging; bijbehorende voorzieningen zoals bermen, paden, beschoeiingen;
een voor de oppervlaktewaterkwantiteit van overwegend belang zijnde watergang;
een internetwinkel waar alleen een elektronische transactie tot stand komt, al dan niet met opslag- en verzendfunctie, zonder afhaalmogelijkheid;
Wet van 6 november 2008 (Stb. 496), houdende regels inzake een vergunningstelsel met betrekking tot activiteiten die van invloed zijn op de fysieke leefomgeving en inzake handhaving van regelingen op het gebied van de fysieke leefomgeving (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht), zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
Wet van 16 februari 1979 (Stb. 99) houdende regels inzake het voorkomen of beperken van geluidhinder, zoals deze luidde op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
Wet van 20 oktober 2006, (Stb. 2006, nr. 566), houdende nieuwe regels omtrent de ruimtelijke ordening, zoals deze luidde op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
het gehuisvest zijn in een woning of wooneenheid conform het begrip 'woning of wooneenheid'
een complex van intern met elkaar in verbinding staande ruimten, in een (gedeelte van een) gebouw,
uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één of meer personen;`
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
het opdelen van een (bedrijfs)woning in meerdere wooneenheden;
Wet van 29 augustus 1991 , (Stb. 1991, nr. 439), tot herziening van de Woningwet, zoals deze luidde op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
een (voormalige) agrarische bedrijfswoning met in de bouwmassa opgenomen (voormalige) agrarische bedrijfsruimten, die samen een geïntegreerde eenheid (bouwkarakteristiek waarbij woon- en bedrijfsgedeelte van oudsher aan elkaar verbonden zijn) vormen;
een te verplaatsen/ verwijderen bouwwerk bestaande uit één bouwlaag, geschikt en ingericht ten dienste van het woon-, dag- of nachtverblijf van een of meer personen, niet zijnde een stacaravan;
gebied naast een waterloop waar maatregelen op het gebied van morfologie en inrichting nodig zijn om de doelstellingen uit het Provinciaal Waterplan 2010-2015 op het gebied van de ecologische kwaliteit van oppervlaktewateren te behalen.
een veehouderij die door het treffen van maatregelen, onder andere gericht op landschap, het verder sluiten van kringlopen op lokaal niveau, emissiebeperking en gezondheid voor mens en dier, ruimtelijk en maatschappelijk optimaal is/wordt ingepast in zijn omgeving.
Er is sprake van een zorgvuldige veehouderij indien voldaan is aan de Nadere regels zorgvuldige veehouderij zoals opgenomen in de provinciale Interimomgevingsverordening
of een vergelijkbare verordening met de daarbij behorende provinciale uitwerkingen
en/of nadere regels.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de kortste afstand van het verticale vlak in de zijdelingse perceelsgrens tot enig punt van het op dat bouwperceel voorkomende bouwwerk;
de oppervlakte van alle op een bouwperceel aanwezige bouwwerken tezamen;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; indien bij een dakkapel de lengte van het dakvlak voor minimaal 50% wordt doorbroken, dan geldt de goothoogte van de dakkapel als de bepalende goothoogte;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine;
voor bouwwerken, waarvan de hoofdtoegang van het perceel onmiddellijk aan de weg grenst: de hoogte van
die weg ter plaatse van de hoofdtoegang van het perceel;
voor bouwwerken die zijn gebouwd in het talud van de dijk en op een afstand van ten hoogste 4 m uit de grens
van de dijkweg: de hoogte van de kruin van de dijk;
in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld;
bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1 m bedraagt.
De voor Agrarisch - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen, waaronder perceelsontsluitingen en sloten, en overeenkomstig de in 3.1.2. opgenomen nadere detaillering van de doeleinden.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 3.1.1:
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende bepalingen:
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mag een grondgebonden agrarisch bedrijf, niet zijnde een veehouderij, worden uitgeoefend. Voorts is -al dan niet in combinatie met een grondgebonden bedrijf, niet zijnde een veehouderij - het volgende type agrarisch bedrijf toegestaan overeenkomstig de onderstaande aanduidingen:
Afhankelijk van de opgenomen aanduiding zijn ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' voorts uitsluitend de volgende nevenactiviteiten naast de agrarische bedrijfsvoering toegestaan met de daarbij behorende voorzieningen, waarbij voor de betreffende activiteit maximaal de bestaande gebruiksvloeroppervlakte danwel de in de tabel opgenomen vloeroppervlakte is toegestaan. Voor zover geen oppervlakte in de tabel is opgenomen geldt de bestaande vloeroppervlakte als maximum:
Afkorting | Aanduiding | Nevenactiviteit | Adres | Huisnummer | Vloeroppervlakte |
(sa-4) | specifieke vorm van agrarisch - 4 | bewerken, verpakken en vervoers- / handelsklaar maken van in de kas gekweekte (pot)planten | Duizendmorgen | 6 | |
(sa-11) | specifieke vorm van agrarisch - 11 | minicamping | Middenweg | 16 | |
(sa-12) | specifieke vorm van agrarisch - 12 | verkoop en opslag van consumentenvuurwerk (maximaal 7.600 kg) | Duizendmorgen | 4 | |
Voor ondergeschikte detailhandel gelden de volgende bepalingen:
Bij het agrarisch bedrijf is inpandige statische opslag toegestaan als nevenactiviteit, tot een maximale vloeroppervlakte van 400 m2. Inpandige statische opslag is niet toegestaan in kassen, tenzij dit is opgenomen in de tabel onder c.
Gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van bed & breakfast mag als ondergeschikte activiteit bij
de woonfunctie worden uitgeoefend, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
Binnen deze bestemming mag binnen een bedrijfswoning ook een niet-publieksgerichte aan huis verbonden
bedrijfsactiviteit worden uitgeoefend als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende
bepalingen van toepassing zijn:
Voor het (rechtstreeks) toestaan van een aan huis gebonden activiteit gelden de volgende bepalingen:
Voor het (rechtstreeks) toestaan van een bed & breakfast gelden de volgende bepalingen:
Voor evenementen gelden de volgende bepalingen:
Voor teeltondersteunende voorzieningen gelden de volgende bepalingen:
Gestreefd wordt naar behoud en herstel van landschapswaarden. Dit houdt in dat:
Gestreefd wordt naar behoud en herstel van cultuurhistorische waarden. Dit houdt in dat:
Ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - schootsveld' is het beleid gericht op behoud en versterken van de herkenbaarheid van het schootsveld uit oogpunt van cultuurhistorische waarden.
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de als zodanig met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mogen uitsluitend worden opgericht:
Voor veehouderijen gelden de volgende specifieke bepalingen, zowel voor gebouwen als voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
In afwijking van het bepaalde onder 3.2.2 is het niet toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke
vorm van agrarisch - geitenhouderij' bebouwing op te richten, met dien verstande dat het bouwen ten behoeve
van de bedrijfswoning, niet zijnde vrijstaande bijgebouwen, is toegestaan.
De maatvoering van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' is als volgt:
Gebouwen, carports en overkappingen algemeen | Min. | Max. |
afstand tot perceelsgrens | 3 m | |
afstand van kassen tot perceelsgrens binnen concentratiegebied glastuinbouw | 1 m | |
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg” aangeduide weg | 20 m | |
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg” aangeduide weg | 15 m | |
|
||
bouwlagen ondergronds | 1 | |
agrarische bedrijfsbebouwing in de vorm van een overkapping per agrarisch bedrijf | 20 m2 | |
carports en overkappingen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | 1 m | |
afstand bijgebouwen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | 3 m | |
gezamelijke oppervlakte vrijstaande en aangebouwde bijgebouwen en carports/overkappingen per bedrijfswoning | n.v.t. | 100 m2 |
Bedrijfsgebouwen per bouwvlak | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 7 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 11 m |
dakhelling, met dien verstande dat de minimale dakhelling niet geldt voor ondergeschikte platte tussenleden en andere gebouwen v an ondergeschikte aard | 12° | 60° |
Kassen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw' | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 6 |
bouwhoogte | n.v.t. | 9 |
afstand kassen tot bedrijfswoningen (anders dan eigen bedrijfswoning) | 25 m | n.v.t. |
Teeltondersteunende voorzieningen | Min. | Max. |
algemene bouwhoogte | n.v.t. | 2,5 m |
bouwhoogte teeltondersteunende kassen | n.v.t. | 6 m |
bouwhoogte overige teeltondersteunende voorzieningen | n.v.t. | 4 m |
oppervlakte teeltondersteunende kassen | n.v.t. | 1.000 m2 ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap', 'wetgevingszone - openheid', 'wetgevingszone - schootsveld' |
afstand kassen tot bedrijfswoningen (anders dan eigen bedrijfswoning) | 25 m | n.v.t. |
Bedrijfswoning | Min. | Max. |
goothoogte
|
n.v.t. | 6 m, |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m, |
inhoud |
maximaal 750 m3 (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij: - de bestaande inhoud van de bestaande bedrijfswoning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt; - het een bestaande (woon)boerderij betreft, waarbij de inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum geldt. |
|
Vrijstaande bijgebouwen bij bedrijfswoning | Min. | Max. |
|
|
|
goothoogte | n.v.t. | 3 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 6 m |
afstand vrijstaande bijgebouwen tot bedrijfswoning | n.v.t. | 20 m (kortste afstand van gevel tot gevel), tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | |
bouwhoogte mestbassins | 8,5 m | |
bouwhoogte silo's of waterbassins | 15 m | |
bouwhoogte erfafscheidingen |
voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
|
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen | 2,20 m | |
|
|
|
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 m | |
sleufsilo's niet vóór voorgevel van bedrijfswoning situeren |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Herbouw van de bedrijfswoning is niet toegestaan.
Voor het oprichten van bouwwerken buiten de aanduiding 'bouwvlak' geldt het volgende:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken zoals bedoeld in 3.1.2 onder c en 3.2.2 teneinde minicampings en de daarvoor noodzakelijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen, toe te staan, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.5 teneinde teeltondersteunende kassen in een grotere oppervlakte toe te staan, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak', mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.7 onder a, alsmede van het bepaalde in 3.1.2 onder k sub 3 teneinde bouwwerken in de vorm van lage tijdelijke en hoge tijdelijke alsmede overige teeltondersteunende voorzieningen (TOV) te kunnen bouwen buiten de aanduiding 'bouwvlak' ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone – wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' en ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen', een en ander mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.5 teneinde een grotere goot- en/of bouwhoogte voor kassen toe te staan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.5 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.5 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel een grotere bouwhoogte toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.7 onder a teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen buiten de aanduiding 'bouwvlak' een grotere bouwhoogte toe te staan tot maximaal 2 m, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.4.1 onder k teneinde ten behoeve van hobbymatig gebruik
binnen deze bestemming of hobbymatig
gebruik ten behoeve van de bestemming Wonen
paardenbakken toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.6 teneinde herbouw van de bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.2 onder c sub 1 teneinde de bouw van de eerste bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.3 en 3.4.1 teneinde uitbreiding van bestaande oppervlakte dierenverblijf, niet zijnde geitenhouderij mogelijk te maken, indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder c teneinde een vorm van agrarisch verwant bedrijf of agrarisch technisch hulpbedrijf als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder c jo. 3.2.2, teneinde – bedrijfsmatige - nevenactiviteiten in de vorm van pensionstalling van paarden toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder c jo. 3.2.2, teneinde – bedrijfsmatige - nevenactiviteiten in de vorm van verbrede landbouw gericht op zorgverlening, waaronder een zorgboerderij, op sociaal, fysiek of psychisch vlak toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder c, teneinde – bedrijfsmatige - nevenactiviteiten in de vorm van overige verbrede landbouw gericht op bewerking en waardevermeerdering van op het eigen bedrijf geproduceerde producten, zoals een ijs- of kaasmakerij, toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder c jo. 3.2.2, teneinde als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf extensieve vormen van dag- en verblijfsrecreatieve voorzieningen, zoals een kinderboerderij, theehuis, verhuur van fietsen/huifkarren, organiseren van rondleidingen en exposities, bed & breakfastvoorzieningen in een grotere omvang e.d., toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder e teneinde een grotere vloeroppervlakte ten behoeve van inpandige statische opslag toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde
in 3.1.2 onder g teneinde bedrijven toe te staan, die qua aard en omvang en invloed op het milieu en de
omgeving gelijk te stellen zijn met de in 3.1.2 onder g toegestane bedrijven maar die niet in Bijlage Staat van
inrichtingen zijn genoemd, mits:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder h en/of i, teneinde een ander type aan huis gebonden activiteit mogelijk te maken, dan wel onder andere voorwaarden een aan huis gebonden activiteit of bed & breakfast mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder j teneinde het tijdelijk gebruik van gronden voor langdurigere evenementen toe te kunnen staan. Hiertoe dient aan het volgende te worden voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde
in 3.4.1 onder i ten behoeve van tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers, mits:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.4.1 onder e en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.4.1 onder j ten behoeve van de opslag van gevaarlijke stoffen teneinde toe te staan dat de daarbij behorende 10-6 risicocontour de aanduiding 'bouwvlak', danwel, indien geen aanduiding 'bouwvlak' is opgenomen, de bestemmingsgrens, overschrijdt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.4.1 onder p teneinde assimilatiebelichting bij teeltondersteunende kassen toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.4.1 ten behoeve van het toestaan van het gebruik van gronden voor tuinbouw met fruitteelt en/of bestaande boom- en sierteelt, waarbij bestrijdingsmiddelen worden ingezet binnen een zone van 50 meter, gemeten vanaf driftgevoelige functies inclusief bijbehorende tuinen en erven, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 3.6.4. opgenomen omgevingsvergunningsplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 3.6.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 3.6.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 3.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 3.6.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m2
ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 200 m2 | - er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; - het aanbrengen van verhardingen dient noodzakelijk te zijn in het kader van de agrarische bedrijfsvoering dan wel het recreatief medegebruik; - de waterhuishoudkundige situatie mag niet onevenredig worden aangetast; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' gelden aanvullend de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een groter maatschappelijk belang; 2. de aanwezige waarde wordt niet onherstelbaar beschadigd; |
het aanbrengen van (infrastructurele) ondergrondse leidingen | - het aanbrengen van de leidingen mag niet leiden tot onevenredige aantasting van de agrarische belangen; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' gelden aanvullend de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een groter maatschappelijk belang; 2. de aanwezige waarde wordt niet onherstelbaar beschadigd; |
het beplanten van gronden met houtgewas hoger dan 1 meter ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - kleinschalig landschap'; - 'wetgevingszone - openheid'; 'wetgevingszone - schootsveld'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; Geen omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden is vereist: - indien de aanplant plaatsvindt in het kader van een zorgvuldige landschappelijke inpassing o.b.v. een verleende omgevingsvergunning voor het afwijken van bouw- of gebruiksregels of wijziging; |
- ter plaatse van de aanduidingen 'wetgevingszone - openheid' mag de karakteristieke openheid van het landschap niet onevenredig worden aangetast; - ter plaatse van de aanduidingen 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' mag er geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - schootsveld' mag er geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de herkenbaarheid van het schootsveld uit oogpunt van cultuurhistorische waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; |
het verlagen, vergraven, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; - 'wetgevingszone - openheid', uitsluitend voor het aspect ophogen; - 'wetgevingszone - kleinschalig landschap'; - 'overige zone - aardkundig waardevol gebied'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; - ter plaatse van de aanduidingen 'wetgevingszone - openheid' mag de karakteristieke openheid van het landschap niet onevenredig worden aangetast; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' gelden de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een groter maatschappelijk belang; 2. de aanwezige waarde wordt niet onherstelbaar beschadigd; - ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' mag er geen onomkeerbare aantasting plaatsvinden van de aardkundige waarden en kenmerken. |
vellen of rooien van houtgewas ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; |
het dempen van poelen, sloten en greppels ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - kleinschalig landschap'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap': * de activiteiten zijn noodzakelijk voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; * er mag geen blijvende schade plaatsvinden aan ecologische waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
aanbrengen (tijdelijke) teeltondersteunende voorzieningen ter plaatse van de aanduiding:
- 'wetgevingszone - kleinschalig landschap', uitsluitend voorzover het hoge tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen betreft; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' |
- de activiteiten zijn noodzakelijk voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap': * er mag geen blijvende schade plaatsvinden aan ecologische waarden; * er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
het omzetten van grasland in bouwland/scheuren grasland ter plaatse van de aanduiding:
- 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; |
het diepwoelen of –ploegen van de bodem met meer dan 60 cm ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' -'overige zone - aardkundig waardevol gebied'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' mag er geen onomkeerbare aantasting plaatsvinden van de aardkundige waarden en kenmerken. |
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een grondgebonden agrarisch bedrijf, niet zijnde een veehouderij, naar een grondgebonden agrarisch veehouderijbedrijf, niet zijnde een paardenhouderij en aanduiden met de aanduiding “grondgebonden veehouderij', mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een agrarische bedrijfsvorm, niet zijnde een glastuinbouwbedrijf, naar een glastuinbouwbedrijf, door middel van het aanduiden van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' met de aanduiding “glastuinbouw', mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een agrarische bedrijfsvorm, niet zijnde een paardenhouderij, naar een paardenhouderij, door middel van het aanduiden van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' met de aanduiding “paardenhouderij” mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een agrarische bedrijfsvorm, niet zijnde een overig niet-grondgebonden agrarisch bedrijf, naar een overig niet-grondgebonden agrarisch bedrijf, door middel van het aanduiden van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' met de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - niet-grondgebonden' mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting en/of vormverandering van de aanduiding 'bouwvlak', mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van nieuwvestiging van een agrarisch bedrijf door het opnemen van een aanduiding 'bouwvlak', mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde teeltondersteunende kassen in een grotere oppervlakte toe te staan dan via een omgevingsvergunning voor het afwijken van de bouwregels, als opgenomen in 3.3.2, mogelijk is, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak', mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden met de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 20 Wonen waarbij na bedrijfsbeëindiging de verbouw van een voormalige bedrijfswoning of (woon)boerderij voor wonen kan worden toegestaan; tevens kan daarbij woningsplitsing worden toegestaan. Een en ander mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Groter bestemmingsvlak of groter oppervlakte bestaande bijbehorende bouwwerken
woningsplitsing
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ter plaatse van het bouwvlak ten behoeve van het toestaan van een gedeelte van het bouwvlak voor wonen, anders dan ten behoeve van het agrarische bedrijf, in een agrarische bedrijfswoning en bijbehorend erf, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 7 Bedrijf - Agrarisch verwant en technisch hulpbedrijf teneinde een agrarisch verwant bedrijf dan wel een agrarisch technisch hulpbedrijf toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 20 Wonen met een aanduiding ten behoeve van inpandige statische opslag, teneinde - naast het gebruik ten behoeve van de woonfunctie - hergebruik van de bedrijfsbebouwing toe te kunnen staan voor inpandige statische opslag, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden met de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 16 Recreatie, teneinde hergebruik van de bebouwing toe te staan met de daarbij behorende gronden voor dag- en verblijfsrecreatieve activiteiten, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden wijzigen teneinde een bestaande minicamping voor te zetten tegelijkertijd met een wijziging naar een ander hergebruik, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de gronden, grenzend aan de bestemming Artikel 9 Bos en/of Artikel 15 Natuur wijzigen in de bestemming Artikel 9 Bos teneinde herplant van bosgebied mogelijk te maken, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de gronden geheel of gedeeltelijk wijzigen in de bestemming Artikel 15 Natuur ter plaatse van de aanduidingen:
mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming te wijzigen,door de aanduiding 'overige zone - ruwvoedervoorziening' (differentiatievlak) op te nemen, teneinde ter plaatse van deze aanduiding de opslag van ruwvoer, geen gebouwen zijnde, buiten de aanduiding 'bouwvlak' mogelijk te maken, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Agrarisch - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen, waaronder perceelsontsluitingen en sloten, en overeenkomstig de in 4.1.2. opgenomen nadere detaillering van de doeleinden.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 4.1.1:
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende bepalingen:
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mag een grondgebonden agrarisch bedrijf, niet zijnde een veehouderij, worden uitgeoefend. Voorts is -al dan niet in combinatie met een grondgebonden bedrijf, niet zijnde een veehouderij - het volgende type agrarisch bedrijf toegestaan overeenkomstig de onderstaande aanduidingen:
Afhankelijk van de opgenomen aanduiding zijn ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' voorts uitsluitend de volgende nevenactiviteiten naast de agrarische bedrijfsvoering toegestaan met de daarbij behorende voorzieningen, waarbij voor de betreffende activiteit maximaal de bestaande gebruiksvloeroppervlakte danwel de in de tabel opgenomen vloeroppervlakte is toegestaan. Voor zover geen oppervlakte in de tabel is opgenomen geldt de bestaande vloeroppervlakte als maximum:
Afkorting | Aanduiding | Nevenactiviteit | Adres | Huisnummer | Vloeroppervlakte |
|
|
|
|
|
|
(sa-2) | specifieke vorm van agrarisch met waarden - 2 | manege en pensionstalling | Oudendijk | 96 | |
(sa-3) | specifieke vorm van agrarisch - 3 | opslag caravans in kassen | Middenweg | 25 | uitsluitend in de bestaande gebouwen |
(sa-5) | specifieke vorm van agrarisch - 5 | de opslag>1000m3 en het be- en verwerken van buiten de inrichting afkomstige afvalstoffen en fouragehandel | Dijkje | 5 | |
(sa-6) | specifieke vorm van agrarisch - 6 | loonbedrijf | Middenweg | 9 | |
(sa-7) | specifieke vorm van agrarisch - 7 | minicamping | Provincialeweg Noord | 53a | |
(sa-8) | specifieke vorm van agrarisch - 8 | caravanstalling | Hoofdgraaf | 75 | |
(sa-9) | specifieke vorm van agrarisch - 9 | sanitaire voorzieningen behorend bij de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - 7' | Provincialeweg Noord | 53a | |
(sa-10) | specifieke vorm van agrarisch - 10 | statische opslag caravans in kassen | Middenweg | 13 | |
(sa-13) | specifieke vorm van agrarisch - 13 | caravanstalling | Zandwijk | 11 | bestaande loods |
(sa -14) | specifieke vorm van agrarisch - 14 | Loonbedrijf | Gantelweg | 20 |
Voor ondergeschikte detailhandel gelden de volgende bepalingen:
Bij het agrarisch bedrijf is inpandige statische opslag toegestaan als nevenactiviteit, tot een maximale vloeroppervlakte van 400 m2. Inpandige statische opslag is niet toegestaan in kassen, tenzij dit is opgenomen in de tabel onder c.
Gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van bed & breakfast mag als ondergeschikte activiteit bij
de woonfunctie worden uitgeoefend, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
Binnen deze bestemming mag binnen een bedrijfswoning ook een niet-publieksgerichte aan huis verbonden
bedrijfsactiviteit worden uitgeoefend als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende
bepalingen van toepassing zijn:
Voor het (rechtstreeks) toestaan van een aan huis gebonden activiteit gelden de volgende bepalingen:
Voor het (rechtstreeks) toestaan van een bed & breakfast gelden de volgende bepalingen:
Voor evenementen gelden de volgende bepalingen:
Voor teeltondersteunende voorzieningen gelden de volgende bepalingen:
Gestreefd wordt naar behoud en herstel van landschapswaarden. Dit houdt in dat:
Gestreefd wordt naar behoud en herstel van cultuurhistorische waarden. Dit houdt in dat:
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de als zodanig met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Een antennemast is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'antennemast'.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mogen uitsluitend worden opgericht:
Voor veehouderijen gelden de volgende specifieke bepalingen, zowel voor gebouwen als voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
In afwijking van het bepaalde onder 4.2.2 is het niet toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke
vorm van agrarisch - geitenhouderij' bebouwing op te richten, met dien verstande dat het bouwen ten behoeve
van de bedrijfswoning, niet zijnde vrijstaande bijgebouwen, is toegestaan.
De maatvoering van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' is als volgt:
Gebouwen, carports en overkappingen algemeen | Min. | Max. |
afstand tot perceelsgrens | 3 m | |
afstand van kassen tot perceelsgrens binnen concentratiegebied glastuinbouw | 1 m | |
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg” aangeduide weg | 20 m | |
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg” aangeduide weg | 15 m | |
|
||
bouwlagen ondergronds | 1 | |
agrarische bedrijfsbebouwing in de vorm van een overkapping per agrarisch bedrijf | 20 m2 | |
carports en overkappingen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | 1 m | |
afstand bijgebouwen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | 3 m | |
gezamelijke oppervlakte vrijstaande en aangebouwde bijgebouwen en carports/overkappingen per bedrijfswoning | n.v.t. | 100 m2 |
Bedrijfsgebouwen per bouwvlak | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 7 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 11 m |
dakhelling, met dien verstande dat de minimale dakhelling niet geldt voor ondergeschikte platte tussenleden en andere gebouwen v an ondergeschikte aard | 12° | 60° |
Kassen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw' | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 6 |
bouwhoogte | n.v.t. | 9 |
afstand kassen tot bedrijfswoningen (anders dan eigen bedrijfswoning) | 25 m | n.v.t. |
Teeltondersteunende voorzieningen | Min. | Max. |
algemene bouwhoogte | n.v.t. | 2,5 m |
bouwhoogte teeltondersteunende kassen | n.v.t. | 6 m |
bouwhoogte overige teeltondersteunende voorzieningen | n.v.t. | 4 m |
oppervlakte teeltondersteunende kassen | n.v.t. | 1.000 m2 ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap', 'wetgevingszone - openheid', 'wetgevingszone - schootsveld' |
afstand kassen tot (bedrijfs)woningen (anders dan eigen bedrijfswoning) | 25 m | n.v.t. |
Bedrijfswoning | Min. | Max. |
goothoogte
|
n.v.t. | 6 m, |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m, |
inhoud |
maximaal 750 m3 (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij: - de bestaande inhoud van de bestaande bedrijfswoning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt; - het een bestaande (woon)boerderij betreft, waarbij de inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum geldt. |
|
Vrijstaande bijgebouwen bij bedrijfswoning | Min. | Max. |
|
|
|
goothoogte | n.v.t. | 3 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 6 m |
afstand vrijstaande bijgebouwen tot bedrijfswoning | n.v.t. | 20 m (kortste afstand van gevel tot gevel), tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | |
bouwhoogte mestbassins | 8,5 m | |
bouwhoogte silo's of waterbassins | 15 m | |
bouwhoogte erfafscheidingen |
voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
|
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen | 2,20 m | |
|
|
|
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 m | |
sleufsilo's niet vóór voorgevel van bedrijfswoning situeren |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Herbouw van de bedrijfswoning is niet toegestaan.
Voor het oprichten van bouwwerken buiten de aanduiding 'bouwvlak' geldt het volgende:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken zoals bedoeld in 4.1.2 onder c en 4.2.2 teneinde minicampings en de daarvoor noodzakelijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen, toe te staan, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.5 teneinde teeltondersteunende kassen in een grotere oppervlakte toe te staan, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak', mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.7 onder a, alsmede van het bepaalde in 4.1.2 onder k sub 2 teneinde bouwwerken in de vorm van lage tijdelijke en hoge tijdelijke alsmede overige teeltondersteunende voorzieningen (TOV) te kunnen bouwen buiten de aanduiding 'bouwvlak' ter plaatse van de aanduiding “wetgevingszone – wijzigingsgebied ecologische verbindingszone” en ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen', een en ander mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.5 teneinde een grotere goot- en/of bouwhoogte voor kassen toe te staan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.5 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.5 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel een grotere bouwhoogte toe te staan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.7 onder a teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen buiten de aanduiding 'bouwvlak' een grotere bouwhoogte toe te staan tot maximaal 2 m, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.4.1 onder k teneinde ten behoeve van hobbymatig gebruik
binnen deze bestemming of hobbymatig
gebruik ten behoeve van de bestemming Wonen
paardenbakken toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.6 teneinde herbouw van de bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.2 onder c sub 1 teneinde de bouw van de eerste bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.3 en 4.4.1 teneinde uitbreiding van bestaande oppervlakte dierenverblijf, niet zijnde geitenhouderij mogelijk te maken, indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder c teneinde een vorm van agrarisch verwant bedrijf of agrarisch technischhulpbedrijf als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder c jo. 4.2.2, teneinde – bedrijfsmatige - nevenactiviteiten in de vorm van pensionstalling van paarden toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder c jo. 4.2.2, teneinde – bedrijfsmatige - nevenactiviteiten in de vorm van verbrede landbouw gericht op zorgverlening, waaronder een zorgboerderij, op sociaal, fysiek of psychisch vlak toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder c, teneinde – bedrijfsmatige - nevenactiviteiten in de vorm van overige verbrede landbouw gericht op bewerking en waardevermeerdering van op het eigen bedrijf geproduceerde producten, zoals een ijs- of kaasmakerij, toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder c jo. 4.2.2, teneinde als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf extensieve vormen van dag- en verblijfsrecreatieve voorzieningen, zoals een kinderboerderij, theehuis, verhuur van fietsen/huifkarren, organiseren van rondleidingen en exposities, bed & breakfastvoorzieningen in een grotere omvang e.d., toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder e teneinde een grotere vloeroppervlakte ten behoeve van inpandige statische opslag toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde
in 4.1.2 onder g teneinde bedrijven toe te staan, die qua aard en omvang en invloed op het milieu en de
omgeving gelijk te stellen zijn met de in 4.1.2 onder g toegestane bedrijven maar die niet in Bijlage Staat van
inrichtingen zijn genoemd, mits:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder h en/of i, teneinde een ander type aan huis gebonden activiteit mogelijk te maken, dan wel onder andere voorwaarden een aan huis gebonden activiteit of bed & breakfast mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder j teneinde het tijdelijk gebruik van gronden voor langdurigere evenementen toe te kunnen staan. Hiertoe dient aan het volgende te worden voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde
in 4.4.1 onder i ten behoeve van tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers, mits aan de volgende
voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.4.1 onder e en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.4.1 onder j ten behoeve van de opslag van gevaarlijke stoffen teneinde toe te staan dat de daarbij behorende 10-6 risicocontour de aanduiding 'bouwvlak', danwel, indien geen aanduiding 'bouwvlak' is opgenomen, de bestemmingsgrens, overschrijdt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.4.1 onder p teneinde assimilatiebelichting bij teeltondersteunende kassen toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.4.1 ten behoeve van het toestaan van het gebruik van gronden voor tuinbouw met fruitteelt en/of bestaande boom- en sierteelt, waarbij bestrijdingsmiddelen worden ingezet binnen een zone van 50 meter, gemeten vanaf driftgevoelige functies inclusief bijbehorende tuinen en erven, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 4.6.4. opgenomen omgevingsvergunningsplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 4.6.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 4.6.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 4.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 4.6.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m2
ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 200 m2 | - er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; - het aanbrengen van verhardingen dient noodzakelijk te zijn in het kader van de agrarische bedrijfsvoering dan wel het recreatief medegebruik; - de waterhuishoudkundige situatie mag niet onevenredig worden aangetast; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' zijn de activiteiten noodzakelijk voor een instandhouding en beheer van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' gelden aanvullend de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een groter maatschappelijk belang; 2. de aanwezige waarde wordt niet onherstelbaar beschadigd; |
het aanbrengen van (infrastructurele) ondergrondse leidingen | - het aanbrengen van de leidingen mag niet leiden tot onevenredige aantasting van de agrarische belangen; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' gelden aanvullend de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een groter maatschappelijk belang; 2. de aanwezige waarde wordt niet onherstelbaar beschadigd; |
het beplanten van gronden met houtgewas hoger dan 1 meter ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - openheid'; - 'wetgevingszone - kleinschalig landschap'; - 'wetgevingszone - schootsveld'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; Geen omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden is vereist: - ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur'; - indien de aanplant plaatsvindt in het kader van een zorgvuldige landschappelijke inpassing o.b.v. een verleende omgevingsvergunning voor het afwijken van bouw- of gebruiksregels of wijziging; |
- ter plaatse van de aanduidingen 'wetgevingszone - openheid' mag de karakteristieke openheid van het landschap niet onevenredig worden aangetast; - ter plaatse van de aanduidingen 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' mag er geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - schootsveld' mag er geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de herkenbaarheid van het schootsveld uit oogpunt van cultuurhistorische waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; |
het verlagen, vergraven, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem ter plaatse van de aanduiding: - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; - 'wetgevingszone - openheid', uitsluitend voor het aspect ophogen; - wetgevingszone - kleinschalig landschap';' - 'overige zone - aardkundig waardevol gebied'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' zijn de activiteiten noodzakelijk voor een instandhouding en beheer van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; - ter plaatse van de aanduidingen 'wetgevingszone - openheid' mag de karakteristieke openheid van het landschap niet onevenredig worden aangetast; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' gelden de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een groter maatschappelijk belang; 2. de aanwezige waarde wordt niet onherstelbaar beschadigd; - ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' mag er geen onomkeerbare aantasting plaatsvinden van de aardkundige waarden en kenmerken. |
vellen of rooien van houtgewas ter plaatse van de aanduiding: - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' zijn de activiteiten noodzakelijk voor een instandhouding en beheer van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; |
het dempen van poelen, sloten en greppels ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - kleinschalig landschap'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; |
ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap': * de activiteiten zijn noodzakelijk voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; * er mag geen blijvende schade plaatsvinden aan ecologische waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
aanbrengen (tijdelijke) teeltondersteunende voorzieningen ter plaatse van de aanduiding:
- 'wetgevingszone - kleinschalig landschap', uitsluitend voorzover het hoge tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen betreft; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; |
ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap': * de activiteiten zijn noodzakelijk voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; * er mag geen blijvende schade plaatsvinden aan ecologische waarden; * er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
het omzetten van grasland in bouwland/scheuren grasland ter plaatse van de aanduiding:
- 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; |
het diepwoelen of –ploegen van de bodem met meer dan 60 cm ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' - overige zone - aardkundig waardevol gebied'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' mag er geen onomkeerbare aantasting plaatsvinden van de aardkundige waarden en kenmerken. |
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een grondgebonden agrarisch bedrijf, niet zijnde een veehouderij, danwel een intensieve veehouderij ter plaatse van de aanduiding 'intensieve veehouderij' dan wel een geitenhouderij ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - geitenhouderij' naar een grondgebonden agrarisch veehouderijbedrijf, niet zijnde een paardenhouderij en aanduiden met de aanduiding “grondgebonden veehouderij', mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarde:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een agrarische bedrijfsvorm, niet zijnde een paardenhouderij, naar een paardenhouderij, door middel van het aanduiden van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' met de aanduiding “paardenhouderij” mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een agrarische bedrijfsvorm, niet zijnde een overig niet-grondgebonden agrarisch bedrijf, naar een overig niet-grondgebonden agrarisch bedrijf, door middel van het aanduiden van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' met de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - niet-grondgebonden' mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting en/of vormverandering van de aanduiding 'bouwvlak', mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van nieuwvestiging van een agrarisch bedrijf door het opnemen van een aanduiding 'bouwvlak', mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde teeltondersteunende kassen in een grotere oppervlakte toe te staan dan via een omgevingsvergunning voor het afwijken van de bouwregels, als opgenomen in 4.3.2, mogelijk is, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak', mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden met de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 20 Wonen waarbij na bedrijfsbeëindiging de verbouw van een voormalige bedrijfswoning of (woon)boerderij voor wonen kan worden toegestaan; tevens kan daarbij woningsplitsing worden toegestaan. Een en ander mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Groter bestemmingsvlak of groter oppervlakt bestaande bijbehorende bouwwerken
woninsplitsing
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ter plaatse van het bouwvlak ten behoeve van het toestaan van een gedeelte van het bouwvlak voor wonen, anders dan ten behoeve van het agrarische bedrijf, in een agrarische bedrijfswoning en bijbehorend erf, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 7 Bedrijf - Agrarisch verwant en technisch hulpbedrijf teneinde een agrarisch verwant bedrijf dan wel een agrarisch technisch hulpbedrijf toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 20 Wonen met een aanduiding ten behoeve van inpandige statische opslag, teneinde - naast het gebruik ten behoeve van de woonfunctie - hergebruik van de bedrijfsbebouwing toe te kunnen staan voor inpandige statische opslag, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden met de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 16 Recreatie, teneinde hergebruik van de bebouwing toe te staan met de daarbij behorende gronden voor dag- en verblijfsrecreatieve activiteiten, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden met de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 6 Bedrijf, teneinde gebruik van de aanwezige bebouwing toe te staan voor niet-agrarische bedrijven, voor zover niet begrepen onder 4.7.9 en 4.7.10, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden wijzigen teneinde een bestaande minicamping voor te zetten tegelijkertijd met een wijziging naar een ander hergebruik, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de gronden, grenzend aan de bestemming Artikel 9 Bos en/of Artikel 15 Natuur wijzigen in de bestemming Artikel 9 Bos teneinde herplant van bosgebied mogelijk te maken, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de gronden geheel of gedeeltelijk wijzigen in de bestemming Artikel 15 Natuur ter plaatse van de aanduidingen:
mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de regels in het algemeen ten aanzien van
schapenhouderijen en
geitenhouderijen aanpassen, alsmede ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - geitenhouderij' deze aanduiding verwijderen, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming te wijzigen,door de aanduiding 'overige zone - ruwvoedervoorziening' (differentiatievlak) op te nemen, teneinde ter plaatse van deze aanduiding de opslag van ruwvoer, geen gebouwen zijnde, buiten de aanduiding 'bouwvlak' mogelijk te maken, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Agrarisch met waarden aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen, waaronder perceelsontsluitingen en sloten, en overeenkomstig de in 5.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 5.1.1:
Binnen de bestemming “Agrarisch met waarden” is het beleid primair zowel gericht op het bieden van ontwikkelingsmogelijkheden voor een duurzame en concurrerende landbouw als op de bescherming van de aanwezige landschappelijke, natuur- en cultuurhistorische waarden.
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende bepalingen:
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mag een grondgebonden agrarisch bedrijf, niet zijnde een veehouderij, worden uitgeoefend. Voorts is -al dan niet in combinatie met een grondgebonden bedrijf, niet zijnde een veehouderij - het volgende type agrarisch bedrijf toegestaan overeenkomstig de onderstaande aanduidingen:
Afhankelijk van de opgenomen aanduiding zijn ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' voorts uitsluitend de volgende nevenactiviteiten naast de agrarische bedrijfsvoering toegestaan met de daarbij behorende voorzieningen, waarbij voor de betreffende activiteit maximaal de bestaande gebruiksvloeroppervlakte danwel de in de tabel opgenomen vloeroppervlakte is toegestaan. Voor zover geen oppervlakte in de tabel is opgenomen geldt de bestaande vloeroppervlakte als maximum:
Afkorting | Aanduiding | Nevenactiviteit | Adres | Huisnummer | Vloeroppervlakte | ||||
(sa-1) | specifieke vorm van agrarisch - 1 | zorgboerderij | Eng | 12 |
Voor ondergeschikte detailhandel gelden de volgende bepalingen:
Bij het agrarisch bedrijf is inpandige statische opslag toegestaan als nevenactiviteit, tot een maximale vloeroppervlakte van 400 m2. Inpandige statische opslag is niet toegestaan in kassen, tenzij dit is opgenomen in de tabel onder d.
Gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van bed & breakfast mag als ondergeschikte activiteit bij
de woonfunctie worden uitgeoefend, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
Binnen deze bestemming mag binnen een bedrijfswoning ook een niet-publieksgerichte aan huis verbonden
bedrijfsactiviteit worden uitgeoefend als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende
bepalingen van toepassing zijn:
Voor het (rechtstreeks) toestaan van een aan huis gebonden activiteit gelden de volgende bepalingen:
Voor het (rechtstreeks) toestaan van een bed & breakfast gelden de volgende bepalingen:
Voor teeltondersteunende voorzieningen gelden de volgende bepalingen:
Gestreefd wordt naar behoud, herstel en ontwikkeling van natuurwaarden. Dit houdt in dat:
Gestreefd wordt naar behoud, herstel en ontwikkeling van landschapswaarden. Dit houdt in dat:
Gestreefd wordt naar behoud en herstel van cultuurhistorische waarden. Dit houdt in dat:
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de als zodanig met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mogen uitsluitend worden opgericht:
Voor veehouderijen gelden de volgende specifieke bepalingen, zowel voor gebouwen als voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
De bebouwde oppervlakte van rijhallen ten dienste van paardenhouderijen mag maximaal 1000 m2 bedragen. Indien de bestaande bebouwde oppervlakte meer bedraagt, geldt de bestaande bebouwde oppervlakte als maximum.
De maatvoering van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' is als volgt:
Gebouwen, carports en overkappingen algemeen | Min. | Max. |
afstand tot perceelsgrens | 3 m | |
afstand van kassen tot perceelsgrens binnen concentratiegebied glastuinbouw | 1 m | |
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg” aangeduide weg | 20 m | |
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg” aangeduide weg | 15 m | |
|
||
bouwlagen ondergronds | 1 | |
agrarische bedrijfsbebouwing in de vorm van een overkapping per agrarisch bedrijf | 20 m2 | |
carports en overkappingen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | 1 m | |
afstand bijgebouwen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | 3 m | |
gezamelijke oppervlakte vrijstaande en aangebouwde bijgebouwen en carports/overkappingen per bedrijfswoning | n.v.t. | 100 m2 |
Bedrijfsgebouwen per bouwvlak | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 7 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 11 m |
dakhelling, met dien verstande dat de minimale dakhelling niet geldt voor ondergeschikte platte tussenleden en andere gebouwen v an ondergeschikte aard | 12° | 60° |
Kassen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw' | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 6 |
bouwhoogte | n.v.t. | 9 |
afstand kassen tot (bedrijfs)woningen (anders dan eigen bedrijfswoning) | 25 m | n.v.t. |
Teeltondersteunende voorzieningen | Min. | Max. |
algemene bouwhoogte | n.v.t. | 2,5 m |
bouwhoogte teeltondersteunende kassen | n.v.t. | 6 m |
bouwhoogte overige teeltondersteunende voorzieningen | n.v.t. | 4 m |
oppervlakte teeltondersteunende kassen | n.v.t. |
1.000 m2 ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap', 'wetgevingszone - openheid', 'wetgevingszone - schootsveld' |
afstand kassen tot (bedrijfs)woningen (anders dan eigen bedrijfswoning) | 25 m | n.v.t. |
Bedrijfswoning | Min. | Max. |
goothoogte
|
n.v.t. | 6 m, |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m, |
inhoud |
maximaal 750 m3 (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij: - de bestaande inhoud van de bestaande bedrijfswoning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt; - het een bestaande (woon)boerderij betreft, waarbij de inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum geldt. |
|
Vrijstaande bijgebouwen bij bedrijfswoning | Min. | Max. |
|
|
|
goothoogte | n.v.t. | 3 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 6 m |
afstand vrijstaande bijgebouwen tot bedrijfswoning | n.v.t. | 20 m (kortste afstand van gevel tot gevel), tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | |
bouwhoogte mestbassins | 8,5 m | |
bouwhoogte silo's of waterbassins | 15 m | |
bouwhoogte erfafscheidingen |
voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
|
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen | 2,20 m | |
|
|
|
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 m | |
sleufsilo's niet vóór voorgevel van bedrijfswoning situeren |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Herbouw van de bedrijfswoning is niet toegestaan.
Voor het oprichten van bouwwerken buiten de aanduiding 'bouwvlak' geldt het volgende:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken als bedoeld in 5.1.2 onder c en 5.2.2 teneinde minicampings en de daarvoor noodzakelijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen, toe te staan, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.4 teneinde een grotere bebouwde oppervlakte voor een rijhal toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.5 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.5 teneinde een grotere goot- en/of bouwhoogte voor kassen toe te staan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.5 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel een grotere bouwhoogte toe te staan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.7 onder a sub 1 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen buiten de aanduiding 'bouwvlak' een grotere bouwhoogte toe te staan tot maximaal 2 m, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.7 onder a, sub 3 en 4, alsmede van het bepaalde in 5.1.2 onder k sub 2 teneinde bouwwerken in de vorm van lage tijdelijke en hoge tijdelijke alsmede overige teeltondersteunende voorzieningen (TOV) te kunnen bouwen buiten de aanduiding 'bouwvlak' ter plaatse van de aanduiding “wetgevingszone – wijzigingsgebied ecologische verbindingszone” en ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen', een en ander mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.4.1 onder o teneinde ten behoeve van hobbymatig gebruik binnen deze bestemming of hobbymatig
gebruik ten behoeve van de bestemming Wonen
paardenbakken toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.6 teneinde herbouw van de bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.2 onder c sub 1 teneinde de bouw van de eerste bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.3 en 5.4.1 teneinde uitbreiding van bestaande oppervlakte dierenverblijf, niet zijnde geitenhouderij mogelijk te maken, indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1.2 onder c teneinde pensionstalling toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1.2 onder c en 5.2.2, teneinde – bedrijfsmatige - nevenactiviteiten in de vorm van verbrede landbouw gericht op zorgverlening, waaronder een zorgboerderij, op sociaal, fysiek of psychisch vlak toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1.2 onder c, teneinde – bedrijfsmatige - nevenactiviteiten in de vorm van overige verbrede landbouw gericht op bewerking en waardevermeerdering van op het eigen bedrijf geproduceerde producten, zoals een ijs- of kaasmakerij, toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1.2 onder d en 5.2.5 teneinde als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf extensieve vormen van dag- en verblijfsrecreatieve voorzieningen, zoals een kinderboerderij, theehuis, verhuur van fietsen/huifkarren, organiseren van rondleidingen en exposities, bed en breakfastvoorzieningen e.d. in een grotere omvang, toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1.2 onder f teneinde een grotere vloeroppervlakte ten behoeve van inpandige statische opslag toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde
in 5.1.2 onder h teneinde bedrijven toe te staan, die qua aard en omvang en invloed op het milieu en de
omgeving gelijk te stellen zijn met de in 5.1.2 onder h toegestane bedrijven maar die niet in Bijlage Staat van
inrichtingen zijn genoemd, mits:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder h en/of i, teneinde een ander type aan huis gebonden activiteit mogelijk te maken, dan wel onder andere voorwaarden een aan huis gebonden activiteit of bed & breakfast mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde
in 5.4.1 onder m ten behoeve van tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers, mits aan de volgende
voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.4.1 onder e en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.4.1 onder n ten behoeve van de opslag van gevaarlijke stoffen teneinde toe te staan dat de daarbij behorende 10-6 risicocontour de aanduiding 'bouwvlak', danwel, indien geen aanduiding 'bouwvlak' is opgenomen, de bestemmingsgrens, overschrijdt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.4.1 ten behoeve van het toestaan van het gebruik van gronden voor tuinbouw met fruitteelt en/of bestaande boom- en sierteelt, waarbij bestrijdingsmiddelen worden ingezet binnen een zone van 50 meter, gemeten vanaf driftgevoelige functies inclusief bijbehorende tuinen en erven, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 5.6.4 opgenomen omgevingsvergunningsplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 5.6.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 5.6.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 5.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder f de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden | |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m2
ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische hoofdstructuur niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
|
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 200 m2 | - er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; - het aanbrengen van verhardingen dient noodzakelijk te zijn in het kader van de agrarische bedrijfsvoering dan wel het recreatief medegebruik; - de waterhuishoudkundige situatie mag niet onevenredig worden aangetast; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' zijn de activiteiten noodzakelijk voor een instandhouding en beheer van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' gelden aanvullend de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een groter maatschappelijk belang; 2. de aanwezige waarde wordt niet onherstelbaar beschadigd; |
|
het aanbrengen van (infrastructurele) ondergrondse leidingen; | - het aanbrengen van de leidingen mag niet leiden tot onevenredige aantasting van de agrarische belangen; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische hoofdstructuur niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - groenblauwe mantel' mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van onderkende ecologische en landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' gelden aanvullend de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een groter maatschappelijk belang; 2. de aanwezige waarde wordt niet onherstelbaar beschadigd; |
|
het beplanten van gronden met houtgewas (hoger dan 1 meter) ter plaatse van de aanduidingen: - 'wetgevingszone - openheid' - 'wetgevingszone - schootsveld'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; Geen omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden is vereist: - ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur'; - indien de aanplant plaatsvindt in het kader van een zorgvuldige landschappelijke inpassing o.b.v. een verleende omgevingsvergunning voor het afwijken van bouw- of gebruiksregels of wijziging; |
- ter plaatse van de aanduidingen 'wetgevingszone - openheid' mag de karakteristieke openheid van het landschap niet onevenredig worden aangetast; - ter plaatse van de aanduidingen 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' mag er geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - schootsveld' mag er geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de herkenbaarheid van het schootsveld uit oogpunt van cultuurhistorische waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; |
|
het verlagen, vergraven, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem ter plaatse van de aanduiding: - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel'; - 'wetgevingszone - groenblauwe mantel'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; - 'wetgevingszone - openheid', uitsluitend voor het aspect ophogen; - 'wetgevingszone - kleinschalig landschap'; - 'overige zone - aardkundig waardevol gebied'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' zijn de activiteiten noodzakelijk voor een instandhouding en beheer van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische hoofdstructuur niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - groenblauwe mantel' mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van onderkende ecologische en landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; - ter plaatse van de aanduidingen 'wetgevingszone - openheid' mag de karakteristieke openheid van het landschap niet onevenredig worden aangetast; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' gelden de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een groter maatschappelijk belang; 2. de aanwezige waarde wordt niet onherstelbaar beschadigd; - ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' mag er geen onomkeerbare aantasting plaatsvinden van de aardkundige waarden en kenmerken. |
|
vellen of rooien van houtgewas ter plaatse van de aanduiding: - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' zijn de activiteiten noodzakelijk voor een instandhouding en beheer van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische hoofdstructuur niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - groenblauwe mantel' mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van onderkende ecologische en landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; - ter plaatse van de aanduidingen 'wetgevingszone - openheid' mag de karakteristieke openheid van het landschap niet onevenredig worden aangetast; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap' gelden aanvullend de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een groter maatschappelijk belang; 2. de aanwezige waarde wordt niet onherstelbaar beschadigd; |
|
het dempen van poelen, sloten en greppels ter plaatse van de aanduiding: - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel'; - 'wetgevingszone - groenblauwe mantel'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - kleinschalig landschap': * de activiteiten zijn noodzakelijk voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; * er mag geen blijvende schade plaatsvinden aan ecologische waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische hoofdstructuur niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - groenblauwe mantel' mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van onderkende ecologische en landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
|
aanbrengen (tijdelijke) teeltondersteunende voorzieningen ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel'; - 'wetgevingszone - groenblauwe mantel'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; met uitzondering van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur'; |
- de activiteiten zijn noodzakelijk voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische hoofdstructuur niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - groenblauwe mantel' mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van onderkende ecologische en landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
|
het omzetten van grasland in bouwland/scheuren van grasland ter plaatse van de aanduiding:
- 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel'; |
- er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; - de activiteiten zijn noodzakelijk voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; - er mag geen blijvende schade plaatsvinden aan ecologische waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische hoofdstructuur niet worden geschaad; |
|
het diepwoelen of -ploegen van de bodem met meer dan 60 cm ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel'; - 'overige zone - aardkundig waardevol gebied'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - natuurparel' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische hoofdstructuur niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' mag er geen onomkeerbare aantasting plaatsvinden van de aardkundige waarden en kenmerken. |
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een grondgebonden agrarisch bedrijf, niet zijnde een veehouderij, naar een grondgebonden agrarisch veehouderijbedrijf, niet zijnde een paardenhouderij en aanduiden met de aanduiding “grondgebonden veehouderij', mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarde:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een agrarische bedrijfsvorm, niet zijnde een paardenhouderij, naar een paardenhouderij, door middel van het aanduiden van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' met de aanduiding “paardenhouderij” mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting en/of vormverandering van de aanduiding 'bouwvlak', mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden met de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Wonen waarbij na bedrijfsbeëindiging de verbouw van een voormalige bedrijfswoning of (woon)boerderij voor wonen kan worden toegestaan; tevens kan daarbij woningsplitsing worden toegestaan. Een en ander mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Groter bestemmingsvlak of groter oppervlakt bestaande bijbehorende bouwwerken
woninsplitsing
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ter plaatse van het bouwvlak ten behoeve van het toestaan van een gedeelte van het bouwvlak voor wonen, anders dan ten behoeve van het agrarische bedrijf, in een agrarische bedrijfswoning en bijbehorend erf, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 7 Bedrijf - Agrarisch verwant en technisch hulpbedrijf teneinde een agrarisch verwant bedrijf dan wel een agrarisch technisch hulpbedrijf toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 20 Wonen met een aanduiding ten behoeve van inpandige statische opslag, teneinde - naast het gebruik ten behoeve van de woonfunctie - hergebruik van de bedrijfsbebouwing toe te kunnen staan voor inpandige statische opslag, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 16 Recreatie teneinde hergebruik van de bebouwing toe te staan met de daarbij behorende gronden voor dag- en verblijfsrecreatieve activiteiten, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden wijzigen teneinde bij een wijziging t.b.v. hergebruik binnen een andere bestemming, tevens een bestaande minicamping mee te wijzigen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de gronden geheel of gedeeltelijk wijzigen in de bestemming Artikel 15 Natuur ter plaatse van de aanduidingen:
mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag is bevoegd om gronden met de bestemming Agrarisch met waarden te wijzigen in de
bestemming Wonen voor de realisering van een of meer woningen op ruimte-voor-ruimtekavels mits is
aangetoond dat:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming te wijzigen,door de aanduiding 'overige zone - ruwvoedervoorziening' (differentiatievlak) op te nemen, teneinde ter plaatse van deze aanduiding de opslag van ruwvoer, geen gebouwen zijnde, buiten de aanduiding 'bouwvlak' mogelijk te maken, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Bedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor:
één en ander met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen en overeenkomstig de in 6.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 6.1.1:
Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduidingen uitsluitend toegestaan de bedrijven genoemd in de navolgende Staat van niet-agrarische bedrijven, met dien verstande dat per specifieke aanduiding maximaal één bedrijf is toegestaan, waarbinnen uitsluitend de binnen de derde kolom opgenomen bedrijfsvormen zijn toegestaan:
Afkorting | Aanduiding | Betekenis in regels | Straat | Huisnu mmer | Toe voe gin g | Afwijke nde gootho ogte | Afwijkende bouwhoog te |
(sb-2) | specifieke vorm van bedrijf - 2 | garagebedrijf en showroom alsmede innemen en demontage van vrachtwagens als nevenactiviteit | Almweg | 4 | 5 m | 8 m | |
(sb-8) | specifieke vorm van bedrijf - 8 | autodemontagebedrijf | Dijkje | 4 | 4 m | 6 m | |
(sb-10) | specifieke vorm van bedrijf - 10 | overslagbedrijf | Giessensesteeg | 1 | b | ||
(sb-11) | specifieke vorm van bedrijf - 11 | overslagbedrijf | Giessensesteeg | 1 | a | 7 m | 9 m |
(sb-13) | specifieke vorm van bedrijf - 13 | transportbedrijf | Hoekje | 5 | 3 m | 6 m | |
(sb-16) | specifieke vorm van bedrijf - 16 | bouwnijverheid | Hoge Maasdijk | 5 | |||
(sb-17) | specifieke vorm van bedrijf - 17 | aannemersbedrijf | Hoge Maasdijk | 9 | |||
(sb-18) | specifieke vorm van bedrijf - 18 | aannemings- en handelsbedrijf en houtbewerking met ondergeschikt handel in bouwmaterialen |
Hoofdgraaf | 69 | a | 7 m | 10 m |
(sb-19) | specifieke vorm van bedrijf - 19 | bloemisterij | Hoofdgraaf | 4 | |||
(sb-21) | specifieke vorm van bedrijf - 21 | reparatiebedrijf | Merwededijk | 31 | |||
(sb-28) | specifieke vorm van bedrijf - 28 | overslagbedrijf | Provincialeweg Noord | 89 | 3 m | 6 m | |
(sb-29) | specifieke vorm van bedrijf - 29 | timmerwerkplaats | Provincialeweg Noord | 38 | 4 m | 8 m | |
(sb-30) | specifieke vorm van bedrijf - 30 | transportbedrijf, op- en overslagbedrijf en verkooppunt diesel | Provincialeweg Noord | 36 | 7 m | 11 m | |
(sb-31) | specifieke vorm van bedrijf - 31 | brandweer en gemeentewerken | Provincialeweg Noord | 42 | |||
(sb-32) | specifieke vorm van bedrijf - 32 | metaaloppervlaktebehandelingsbedrijf, en handelsonderneming/groothandel in machines | Provincialeweg Zuid | 47 | 5 m | 6,25 m | |
(sb-34) | specifieke vorm van bedrijf - 34 | aannemersbedrijf, grond-, weg- en waterbouwwerkzaamheden | Provincialeweg Zuid | 33 | 5 m | 8 m | |
(sb-36) | specifieke vorm van bedrijf - 36 | hout- en meubelindustrie | Provincialeweg Zuid | 36 | |||
(sb-45) | specifieke vorm van bedrijf - 45 | verkoop van meubelen en antiek | Middenweg | 17 | 3 m | 5 m | |
(sb-46) | specifieke vorm van bedrijf - 46 | kantoor en opslag | Wilhelminasluis | 2 | 4 m | ||
(sb-49) | specifieke vorm van bedrijf - 49 | caravanstalling | Parallelweg | (naast 100) | |||
(sb-50) | specifieke vorm van bedrijf - 50 | opslag | Nieuwesteeg | 1 | |||
(sb-52) | specifieke vorm van bedrijf - 52 | opslag en geluidsstudio | Hoofdgraaf | 36 | |||
(sb-53) | specifieke vorm van bedrijf - 53 | opslag caravans in kassen | Burgemeester van der Lelystraat | naast 103 | |||
(sb-54) | specifieke vorm van bedrijf - 54 |
|
Bloemweg | 4 | |||
(sb-55) | specifieke vorm van bedrijf - 55 | opslag en stalling (max 6 dieren) | Rietdijk | tegenover 7 | |||
(sb-56) | specifieke vorm van bedrijf - 56 | inpandige stalling caravans en campers in bestaande kassen | Middelvaart | 78 | |||
(sb-57) | specifieke vorm van bedrijf - 57 | levering onderhoud en reparatie/serviceonderhoud van automaten | Hoofdgraaf | 38 |
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Daar waar op grond van het bepaalde in 6.1.2 sprake is van stalling dan wel opslag binnen (bestaande) kassen, zijn deze gronden uitsluitend bestemd voor hergebruik van bestaande kassen in de vorm van stalling dan wel opslag. Nieuw- of herbouw van de kassen of nieuwbouw van andersoortige gebouwen ter plaatse van de kassen, is niet toegestaan.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Indien en voorzover binnen een bestemmingsvlak een aanduiding 'bouwvlak' is aangegeven, mogen gebouwen uitsluitend worden opgericht ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'.
Voor bedrijfswoningen geldt het volgende:
De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan de bestaande oppervlakte.
De bouwwerken dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
Gebouwen, carports en overkappingen algemeen | |||
afstand tot perceelsgrens | min. 3 m | ||
afstand van kassen tot perceelsgrens binnen concentratiegebied glastuinbouw | min .1 m | ||
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg” aangeduide weg | min. 20 m | ||
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg” aangeduide weg | min. 15 m | ||
|
|||
carports en overkappingen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | min 1 m | ||
afstand bijgebouwen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | min 3 m | ||
gezamelijke oppervlakte vrijstaande en aangebouwde bijgebouwen en carports/overkappingen per bedrijfswoning | max. 100 m2 | ||
Bedrijfsgebouwen | Min. | Max. | |
goothoogte | n.v.t. | 5,5 m | |
bouwhoogte | n.v.t. | 8 m | |
dakhelling, met dien verstande dat de minimale dakhelling niet geldt voor ondergeschikte platte tussenleden en andere gebouwen van ondergeschikte aard | 15° | 60° | |
Bedrijfswoning |
Min. | Max. | |
goothoogte | n.v.t. | 5,5 m | |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m | |
inhoud |
maximaal 750 m3 (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij: - de bestaande inhoud van de bestaande bedrijfswoning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt; - het een bestaande (woon)boerderij betreft, waarbij de inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum geldt. |
||
Vrijstaande bijgebouwen bij bedrijfswoning | Max. | ||
|
|
||
goothoogte | 3 m | ||
bouwhoogte | 5,5 m | ||
afstand vrijstaande bijgebouwen tot bedrijfswoning | 20 m (kortste afstand van gevel tot gevel), tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum | ||
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | ||
bouwhoogte erfafscheidingen | voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
||
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen | 3 m | ||
|
|
||
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 m |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Herbouw van de bedrijfswoning is niet toegestaan.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.4 teneinde de opgenomen maximale oppervlakte bedrijfsbebouwing van niet-agrarische bedrijven te vergroten, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.5 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.5 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel een grotere bouwhoogte toe te staan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.6 teneinde herbouw van de bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.4.1 onder d en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen teneinde een andere vorm van niet-agrarische bedrijvigheid toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen in Artikel 7 Bedrijf - Agrarisch verwant en technisch hulpbedrijf, teneinde een agrarisch verwant bedrijf dan wel een agrarisch technisch hulpbedrijf toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen in:
Een en ander mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen ten behoeve van het opnemen van de bestemming met bijbehorende regels als opgenomen in Artikel 3 Agrarisch - 1 teneinde ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak', of het bestemmingsvlak indien geen aanduiding 'bouwvlak' is opgenomen, een aanduiding 'bouwvlak op te nemen ten behoeve van een agrarisch bedrijf, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Bedrijf - Agrarisch verwant en technisch hulpbedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor:
één en ander met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen en overeenkomstig de in 7.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 7.1.1:
Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduidingen uitsluitend toegestaan de bedrijven genoemd in de navolgende Staat van agrarisch verwante en technische hulpbedrijven.met dien verstande dat per specifieke aanduiding maximaal één bedrijf is toegestaan, waarbinnen uitsluitend de binnen de derde kolom opgenomen bedrijfsvormen zijn toegestaan:
Afkorting | Aanduiding | Activiteiten | Straat | Huisnum mer | Toevo eging | Afwijk ende gootho ogte | Afwi jkend e bo uwh oogt e | Bebo uwd e op pervl akte |
(sb-3) | specifieke vorm van bedrijf - 3 | landbouwmachine verhuurbedrijf | Altena's Laantje | 3 | ||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(sb-14) | specifieke vorm van bedrijf - 14 | hoveniersbedrijf | Hoekje | 8 | a | |||
(sb-20) | specifieke vorm van bedrijf - 20 | loonbedrijf | Jan Spieringweg | 9 | ||||
(sb-27) | specifieke vorm van bedrijf - 27 | veehandelaar | Midgraaf | 28 | ||||
(sb-33) | specifieke vorm van bedrijf - 33 | groenrecycling, oogstbedrijf en loonbedrijf met bijbehorende reparatie-inrichting voor eigen voertuigen en materieel, alsmede het construeren van machines en diensten voor de landbouw en/of groen en recreatieve sector evenals een showroom voor ondergeschikte detailhandel van maximaal 200 m2 | Provincialeweg Zuid | 51 | 4 m | 8 m | 6000 m2 | |
(sb-39) | specifieke vorm van bedrijf - 39 | tuincentrum en verkoop en opslag van consumentenvuurwerk (maximaal 10.000 kg) | Veldweg | 27 | a | |||
(sb-47) | specifieke vorm van bedrijf - 47 | hovenier | Uitwijksdijkje | ong | 3 m | 9 m | 500 m2 | |
(sb-48) | specifieke vorm van bedrijf - 48 | Planten- en bloemenkwekerij | Provincialeweg Noord | 33 | a | |||
(sb-51) | specifieke vorm van bedrijf - 51 | handelskwekerij bestaande uit groothandel in tuinbouw- en siergewassen, in combinatie met het kweken van de betreffende gewassen, niet zijnde een tuincentrum | Hoofdgraaf | 65 | 5 m | 8 m |
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend mag worden gebouwen ten behoeve van deze bestemming.
Indien en voorzover binnen een bestemmingsvlak een aanduiding 'bouwvlak' is aangegeven, mogen gebouwen uitsluitend worden opgericht ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'.
Voor bedrijfswoningen geldt het volgende:
De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan de bestaande oppervlakte, met dien verstande dat voor zover in de tabel in 7.1.2 onder a een bebouwde oppervlakte is opgenomen, die oppervlakte als maximum geldt.
De bouwwerken dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
Gebouwen, carports en overkappingen algemeen | |||
afstand tot perceelsgrens | min. 3 m | ||
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg” aangeduide weg | min. 20 m | ||
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg” aangeduide weg | min.15 m | ||
|
|||
carports en overkappingenbij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | min. 1 m | ||
afstand bijgebouwen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | min. 3 m | ||
gezamelijke oppervlakte vrijstaande en aangebouwde bijgebouwen en carports/overkappingen per bedrijfswoning | max. 100 m2 | ||
Bedrijfsgebouwen | Min. | Max. | |
goothoogte | n.v.t. | 6,5 m | |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m | |
dakhelling, met dien verstande dat de minimale dakhelling niet geldt voor ondergeschikte platte tussenleden en andere gebouwen van ondergeschikte aard | 15° | 60° | |
Bedrijfswoning | Min. | Max. | |
goothoogte | n.v.t. | 5,5 m | |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m | |
inhoud |
maximaal 750 m3 (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij: - de bestaande inhoud van de bestaande bedrijfswoning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt; - het een bestaande (woon)boerderij betreft, waarbij de inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum geldt. |
||
Vrijstaande bijgebouwen bij bedrijfswoning | Max. | ||
|
|
||
goothoogte | 3 m | ||
bouwhoogte | 5,5 m | ||
afstand vrijstaande bijgebouwen tot bedrijfswoning | 20 m (kortste afstand van gevel tot gevel), tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum | ||
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | ||
bouwhoogte erfafscheidingen | voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
||
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen | 3 m | ||
|
|
||
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 m |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Herbouw van de bedrijfswoning is niet toegestaan.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.2.4 teneinde de opgenomen maximale oppervlakte bedrijfsbebouwing van agrarisch verwante en agrarisch technische hulpbedrijven te vergroten, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.2.5 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.2.5 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel een grotere bouwhoogte toe te staan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.2.6 teneinde herbouw van de bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.4.1 onder e en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.4.1 ten behoeve van het toestaan van het gebruik van gronden voor tuinbouw met fruitteelt en/of bestaande boom- en sierteelt, waarbij bestrijdingsmiddelen worden ingezet binnen een zone van 50 meter, gemeten vanaf driftgevoelige functies inclusief bijbehorende tuinen en erven , mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen teneinde een andere vorm van een agrarisch verwant of een agrarisch technisch hulpbedrijf toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen in Artikel 20 Wonen, waarbij na bedrijfsbeëindiging de verbouw van een voormalige bedrijfswoning voor woondoeleinden kan worden toegestaan; tevens kan daarbij woningsplitsing worden toegestaan. Een en ander mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen ten behoeve van het opnemen van de bestemming met bijbehorende regels als opgenomen in Artikel 3 Agrarisch - 1, Artikel 4 Agrarisch - 2 danwel Artikel 5 Agrarisch met waarden teneinde ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak', of het bestemmingsvlak indien geen aanduiding 'bouwvlak' is opgenomen, een aanduiding 'bouwvlak op te nemen ten behoeve van een agrarisch bedrijf, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Bedrijf - Nutsbedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen en overeenkomstig de in 8.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 8.1.1:
Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduidingen uitsluitend toegestaan de nutsbedrijven genoemd in de navolgende Staat van nutsbedrijven:
Afkorting | Aanduiding | Nutsbedrijf | Adres | Huisn umme r | Toevoe ging | Bebouwde oppervlakt e | Afwi jkend e go otho ogte | Afwi jkend e bo uwh oogt e |
(sb-n8) | specifieke vorm van bedrijf - nuts 8 | gemaal | Doornseweg | 3 | ||||
(sb-n12) | specifieke vorm van bedrijf - nuts 12 | nutsvoorziening | Duizendmorgen | 4 | ||||
(sb-n25) | specifieke vorm van bedrijf - nuts 25 | rioolgemaal | Uiterwaard Afged. Maas | |||||
(sb-n28) | specifieke vorm van bedrijf - nuts 28 | gemaal | Burg. v.d. Lelystraat | |||||
(sb-n29) | specifieke vorm van bedrijf - nuts 29 | pompinstallatie waterleidingbedrijf | Afsluitdijk | ong | ||||
(sb-n31) | specifieke vorm van bedrijf - nuts 31 | kantoor bij sluis | Wilhelminasluis | 5 |
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Een bedrijfswoning is niet toegestaan.
De in de Staat van nutsbedrijven als opgenomen in 8.1.2 onder a aangegeven bebouwde oppervlakte van gebouwen mag niet worden overschreden. Voor zover geen oppervlakte in de tabel is opgenomen geldt de bestaande bebouwde oppervlakte als maximum.
De bouwwerken, behorende bij de functies als opgenomen in de Staat van nutsbedrijven in 8.1.2 onder a, dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
Gebouwen carport en overkappingen algemeen | Min. | |
afstand tot perceelsgrens | 3 m | |
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg” aangeduide weg | 20 m | |
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg” aangeduide weg | 15 m | |
|
||
Bedrijfsgebouwen |
Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | n.v.t. |
bouwhoogte | n.v.t. | 17,5 m |
dakhelling | 12° | 45° |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | |
bouwhoogte erfafscheidingen | voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
|
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen | 3 m | |
oppervlakte van een carports c.q. overkapping | 20 m2 | |
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 m |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
In afwijking van het bovenstaande geldt voor de bouwwerken in de vorm van kleine nutsvoorzieningen, die niet zijn genoemd in de Staat van nutsbedrijven in 8.1.2 onder a, de volgende maatvoeringseisen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.2.4 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel een grotere bouwhoogte toe te staan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de in 8.2.3, opgenomen maximale oppervlakte bedrijfsbebouwing van niet-agrarische bedrijven, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
De voor Bos aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 9.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 9.1.1:
Binnen deze bestemming is het beleid primair gericht op het beschermen van de landschappelijke en ecologische waarden. Houtproductie is toegestaan, mits dit ondergeschikt is aan het bosbehoud en het behoud van de landschappelijke en natuurwaarden.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Gestreefd wordt naar behoud, herstel en ontwikkeling van cultuurhistorische en landschappelijke en natuurwaarden. Dit houdt o.m. in dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - griendcultuur' het beleid gericht is op exploitatie van de grienden. Gestreefd wordt naar behoud en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarde van de eeuwenoude griendcultuur en naar behoud en ontwikkeling van de ecologische en landschappelijke waarde van de griendcultuur, welke resulteert in een dynamisch landschappelijk mozaïek van afwisselend grienden en open agrarische percelen en dat ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' het beleid is gericht op het instandhouden en beschermen van de aardkundige waarden en kenmerken.
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde en bestaande gebouwen, ten dienste van deze bestemming.
Uitsluitend bestaande gebouwen zijn toegestaan, waarbij de bestaande situering, de bestaande goot- en bouwhoogte en de bestaande inhoud als maximum geldt.
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende maatvoeringseisen:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en opstallen:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 9.4.4 opgenomen omgevingsvergunningsplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 9.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 9.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 9.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 9.4.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden |
het aanleggen van wegen en het aanbrengen van overige verhardingen | - - de wegen en overige verhardingen moeten noodzakelijk zijn voor het beheren dan wel verbeteren van het bos dan wel voor het mogelijk maken van extensief recreatief medegebruik; - de wegen en overige verhardingen betekenen geen aantasting van de aanwezige natuurwaarden; hiertoe wordt de terreinbeheerder gehoord; - er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de waterhuishouding. |
het egaliseren, vergraven of ophogen van de bodem | - het aanwezige reliëf mag niet onevenredig worden aangetast;
- de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke- en natuurwaarden. - ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' mag er geen onomkeerbare aantasting plaatsvinden van de aardkundige waarden en kenmerken. |
De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
één en ander met de bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 10.1.2 opgenomen nadere detaillering van de doeleinden.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 10.1.1:
In- en uitritten uitsluitend zijn toegestaan voor zover deze noodzakelijk zijn voor het bereiken van de (aangrenzende) percelen.
Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.
De bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dienen aan het volgende te voldoen:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of opstallen binnen deze bestemming ten behoeve van:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 10.4.4 opgenomen omgevingsvergunningsplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 10.4.4 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 10.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 10.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 10.4.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m2
ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'wetgevingszone - groenblauwe mantel'; - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - groenblauwe mantel' moet sprake zijn van een positieve bijdrage aan de bescherming en ontwikkeling van de onderkende ecologische en landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
het verwijderen, kappen of rooien van bos, anders dan bij wijze van verzorging, danwel voor de houtproductie ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'wetgevingszone - groenblauwe mantel'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - groenblauwe mantel' moet sprake zijn van een positieve bijdrage aan de bescherming en ontwikkeling van de onderkende ecologische en landschappelijke waarden; |
het beplanten van gronden met houtgewas ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'wetgevingszone - groenblauwe mantel'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - groenblauwe mantel' moet sprake zijn van een positieve bijdrage aan de bescherming en ontwikkeling van de onderkende ecologische en landschappelijke waarden; |
het aanbrengen van (infrastructurele) (ondergrondse) leidingen ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'wetgevingszone - groenblauwe mantel'; - wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - groenblauwe mantel' moet sprake zijn van een positieve bijdrage aan de bescherming en ontwikkeling van de onderkende ecologische en landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
het dempen van poelen, sloten en greppels ter plaatse van de aanduiding: - 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone'; - 'wetgevingszone - groenblauwe mantel'; - wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone' mag het realiseren en toekomstig functioneren van de geprojecteerde ecologische verbindingszone niet worden geschaad; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - groenblauwe mantel' moet sprake zijn van een positieve bijdrage aan de bescherming en ontwikkeling van de onderkende ecologische en landschappelijke waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
het verlagen, vergraven, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem ter plaatse van de aanduiding:
- wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied zoekgebied watersystemen' geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de mogelijkheid tot verwezenlijking, behoud en herstel van een natuurlijk watersysteem. Hiertoe vindt overleg plaats met het waterschap; |
De voor Groen - Landschappelijke inpassing aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 11.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 11.1.1:
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend zijn bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan en uitsluitend in de vorm van een erfafscheiding.
Voor erfafscheidingen gelden de volgende bepalingen:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en opstallen:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 11.4.4 omgevingsvergunningsplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 11.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 11.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 11.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 11.4.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden |
het aanleggen van wegen en het aanbrengen van overige verhardingen als doorgang | de wegen en overige verhardingen moeten noodzakelijk zijn voor het (agrarisch) gebruik, behorende bij de naastgelegen bestemming; de wegen en overige verhardingen betekenen geen aantasting van de aanwezige landschappelijke inpassing, danwel er wordt anderszins voorzien in een zorgvuldige landschappelijke inpassing; |
het verwijderen van houtopstanden ten behoeve van een doorgang | het verwijderen moet noodzakelijk zijn voor het (agrarisch) gebruik, behorende bij de naastgelegen bestemming; het verwijderen betekent geen aantasting van de aanwezige landschappelijke inpassing, danwel er wordt anderszins voorzien in een zorgvuldige landschappelijke inpassing; |
het verlagen, vergraven, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem ter plaatse van de aanduiding: -'overige zone - aardkundig waardevol gebied'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' mag er geen onomkeerbare aantasting plaatsvinden van de aardkundige waarden en kenmerken. |
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen teneinde uitbreiding van de aanduiding 'bouwvlak' in een aangrenzende Agrarische bestemming mogelijk te maken, zoals opgenomen in 3.7.5, 4.7.4 of 5.7.3, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 12.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 12.1.1:
Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduidingen uitsluitend toegestaan de functies genoemd in de navolgende Staat van horecafuncties met dien verstande dat per specifieke aanduiding maximaal één bedrijf is toegestaan, waarbinnen uitsluitend de binnen de derde kolom opgenomen bedrijfsvormen zijn toegestaan: :
Afkorting | Aanduiding | Functie | Adres | Huisnummer | Toevoeging | |
(sh-1) | specifieke vorm van horeca - 1 | theehuis, theetuin, restaurant en parkeerplaatsen | Laagt | 5 | a |
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de als Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend mogen worden opgericht gebouwen en bouwwerk geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming.
Indien en voorzover binnen een bestemmingsvlak een aanduiding 'bouwvlak' is aangegeven, mogen gebouwen uitsluitend worden opgericht ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'.
Per bestemmingsvlak is een bedrijfswoning toegestaan en maximaal één per bestemmingsvlak.
De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan de bestaande oppervlakte.
De bouwwerken dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
Gebouwen, carports en overkappingen algemeen | |||
afstand tot perceelsgrens | min. 3 m | ||
afstand van kassen tot perceelsgrens binnen concentratiegebied glastuinbouw | min .1 m | ||
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg” aangeduide weg | min. 20 m | ||
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg” aangeduide weg | min. 15 m | ||
|
|||
carports en overkappingen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | min 1 m | ||
afstand bijgebouwen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | min 3 m | ||
gezamelijke oppervlakte vrijstaande en aangebouwde bijgebouwen en carports/overkappingen per bedrijfswoning | max. 100 m2 | ||
Bedrijfsgebouwen | Min. | Max. | |
goothoogte | n.v.t. | 5,5 m | |
bouwhoogte | n.v.t. | 8 m | |
dakhelling, met dien verstande dat de minimale dakhelling niet geldt voor ondergeschikte platte tussenleden en andere gebouwen van ondergeschikte aard | 15° | 60° | |
Bedrijfswoning |
Min. | Max. | |
goothoogte | n.v.t. | 5,5 m | |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m | |
inhoud |
maximaal 750 m3 (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij: - de bestaande inhoud van de bestaande bedrijfswoning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt; - het een bestaande (woon)boerderij betreft, waarbij de inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum geldt. |
||
Vrijstaande bijgebouwen bij bedrijfswoning | Max. | ||
|
|
||
goothoogte | 3 m | ||
bouwhoogte | 5,5 m | ||
afstand vrijstaande bijgebouwen tot bedrijfswoning | 20 m (kortste afstand van gevel tot gevel), tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum | ||
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | ||
bouwhoogte erfafscheidingen |
voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
||
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen | 3 m | ||
|
|
||
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 m |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Herbouw van de bedrijfswoning is niet toegestaan.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 12.2.4 teneinde de opgenomen maximale oppervlakte bedrijfsbebouwing van een horecabedrijf te vergroten, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 12.2.5 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 12.2.5 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel een grotere bouwhoogte toe te staan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 12.2.6 teneinde herbouw van de bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 12.4.1 onder a en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
De voor Kantoor aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 13.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 13.1.1:
Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduidingen uitsluitend toegestaan de functies genoemd in de navolgende Staat van kantoorfuncties:
Afkorting | Aanduidin g | Activiteiten | Straat | Huisnummer | Toevoeging | ||||||||
(k) | kantoor | kantoor | Woudrichemseweg | 36 | a |
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend mogen worden opgericht gebouwen en bouwwerk geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming.
Een bedrijfswoning is niet toegestaan.
De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan de oppervlakte als opgenomen in de Staat van kantoorfuncties in 13.1.2 onder a; deze bebouwde oppervlakte is exclusief de bebouwde oppervlakte ten behoeve van een bedrijfswoning en de daarbij behorende bijgebouwen. Voor zover geen oppervlakte in de tabel is opgenomen geldt de bestaande bebouwde oppervlakte als maximum.
De bouwwerken dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
Gebouwen, carports en overkappingen algemeen | Min. | ||
afstand tot perceelsgrens | 3 m | ||
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg' aangeduide weg | 20 m | ||
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg' aangeduide weg | 15 m | ||
|
|||
Bedrijfsgebouwen | |||
goothoogte | max 5,5 m | ||
bouwhoogte | max 10 m | ||
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | ||
bouwhoogte erfafscheidingen | 1 m voor voorgevel; elders 2 m | ||
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 5,5 m | ||
bouwhoogte overkappingen | 3 m | ||
oppervlakte overkappingen | 150 |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 13.2.4 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 13.2.4 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel een grotere bouwhoogte toe te staan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en opstallen:
De voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 14.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 14.1.1:
Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduidingen uitsluitend toegestaan de functies genoemd in de navolgende Staat van maatschappelijke functies:
Afkorting | Aanduidin g | Activiteiten | Straat | Huisnumm er | Bebouwd e oppervl akte niet-agra rische hoofdacti viteit | Afwijkende goothoogte | Afwijkende bouwhoogte |
|
|
|
|
|
|
|
|
(sm-2) | specifieke vorm van maatschappelijk - 2 | watertoren | Provinciale weg Noord | ong | |||
(sm-3) | specifieke vorm van maatschappelijk - 3 | begraafplaats | Provinciale weg Zuid | ong | 50 m2 | ||
(sm-4) | specifieke vorm van maatschappelijk - 4 | molen: educatieve en cultuurhistorische doeleinden | Uppelse Steeg | 1 | |||
(sm-5) | specifieke vorm van maatschappelijk - 5 | molen: educatieve en cultuurhistorische doeleinden | Oude Doorn | ong | |||
(sm-6) | specifieke vorm van maatschappelijk - 6 | begraafplaats | omgeving Hoefpad, Uitwijk |
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend mogen worden opgericht gebouwen en bouwwerk geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming.
Een bedrijfswoning is niet toegestaan.
De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan de oppervlakte als opgenomen in de Staat van maatschappelijke functies in 14.1.2 onder a; deze bebouwde oppervlakte is exclusief de bebouwde oppervlakte ten behoeve van een bedrijfswoning en de daarbij behorende bijgebouwen. Voor zover geen oppervlakte in de tabel is opgenomen geldt de bestaande bebouwde oppervlakte als maximum.
De bouwwerken dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
Gebouwen , carports en overkappingen algemeen | Min. |
afstand tot perceelsgrens | 3 m |
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg” aangeduide weg | 20 m |
afstand tot de as van de als “specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg” aangeduide weg | 15 m |
|
|
Gebouwen | |
goothoogte | max 5,5 m |
bouwhoogte | max 10 m |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. |
bouwhoogte erfafscheidingen | 1 m voor voorgevel; elders 2 m |
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 5,5 m |
bouwhoogte overkappingen | 3 m |
oppervlakte overkappingen | 150 |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 14.2.4 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 14.2.4 teneinde vomits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en opstallen:
De voor Natuur aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 15.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 15.1.1:
Binnen de bestemming 'Natuur' is het beleid gericht op het beschermen van de landschappelijke en ecologische waarden alsmede ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' op het instandhouden en beschermen van de aardkundige waarden en kenmerken.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Gestreefd wordt naar behoud en herstel van cultuurhistorische waarden. Dit houdt onder andere in dat:
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming.
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende maatvoeringseisen:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen het gebruik van gronden en opstallen:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 15.4.4. opgenomen omgevingsvergunningsplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 15.4.1. vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 15.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 15.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 15.4.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden |
het afgraven, ophogen, of egaliseren van de grond | - deze werkzaamheden vinden plaats in het kader van het bos- of natuurbeheer; - de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van het reliëf; - de werkzaamheden leiden niet tot een onevenredige aantasting van ecologische waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; - ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' mag er geen onomkeerbare aantasting plaatsvinden van de aardkundige waarden en kenmerken. |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 200 m2 | - deze werkzaamheden vinden plaats in het kader van het bos- of natuurbeheer; - de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van het reliëf; - de werkzaamheden mogen geen onevenredige aantasting betekenen van de aanwezige natuurwaarden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; |
het aanbrengen van (infrastructurele) ondergrondse leidingen | - de - de - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; |
het dempen of aanleggen van poelen, sloten en greppels ter plaatse van de aanduiding: - 'specifieke vorm van natuur - eendenkooi'; - 'specifieke vorm van natuur - griendcultuur'; |
- de verhardingen zijn noodzakelijk voor het beheren dan wel verbeteren van bos en natuur dan wel voor het mogelijk maken van extensief recreatief medegebruik; - de - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; |
het veranderen van het verkavelingspatroon ter plaatse van de aanduiding: - 'specifieke vorm van natuur - eendenkooi'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - eendenkooi' mag er geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de herkenbaarheid van de eendenkooi uit oogpunt van cultuurhistorische waarden; |
vellen of rooien van houtgewas | - deze werkzaamheden vinden plaats in het kader van het bos- of natuurbeheer danwel natuurontwikkeling; - er mag geen blijvende aantasting plaatsvinden van de aanwezige natuurwaarden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - eendenkooi' mag er geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de herkenbaarheid van de eendenkooi uit oogpunt van cultuurhistorische waarden; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - griendcultuur' mag er geen blijvende schade plaatsvinden aan de cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarde van de grienden; |
het omzetten van grasland in bouwland/scheuren van grasland | - er mag geen blijvende aantasting plaatsvinden van de aanwezige natuurwaarden; |
het beplanten van gronden met houtgewas (hoger dan 1 meter) | - er mag geen blijvende aantasting plaatsvinden van de aanwezige natuurwaarden. |
De voor Recreatie aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen en overeenkomstig de in 16.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 16.1.1:
Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduiding uitsluitend toegestaan de voorzieningen genoemd in de navolgende Staat van recreatieve voorzieningen:
Afkorting | Aanduiding | Activiteiten | Straat | Huisnummer | Bebouwde oppervlakte | Afwijkende goothoogte | Afwijkende bouwhoogt e | ||||||
(sr-1) | specifieke vorm van recreatie - 1 | camping met kamphuis en restaurant en 190 stacaravans | Hoge Maasdijk | 61 | 1100 m2, exclusief bebouwde oppervlakte stacaravans | 6 m | |||||||
(sr-2) | specifieke vorm van recreatie - 2 | volkstuinencomplex | Reijgerboslaan | ong | 0 m2 | ||||||||
(sr-3) | specifieke vorm van recreatie - 3 | recreatieplas | De Omloop | ong | 0 m2 |
Binnen de bestemming is detailhandel toegestaan, uitsluitend in ondergeschikte vorm en dienstbaar aan de ter plaatse toegestane recreatieve voorzieningen.
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend zijn toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming.
Voor bedrijfswoningen geldt het volgende:
De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan de oppervlakte als opgenomen in de Staat van recreatieve voorzieningen in 16.1.2 onder a; deze bebouwde oppervlakte is exclusief de bebouwde oppervlakte ten behoeve van een bedrijfswoning en de daarbij behorende bijgebouwen.
Voor de gebouwen en de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bebouwingsregels:
Gebouwen, carports en overkappingen algemeen | ||
afstand tot perceelsgrens | min. 3 m | |
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg' aangeduide weg | min. 20 m | |
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg' aangeduide weg | min. 5 m | |
|
||
carports en overkappingen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | min.1 m | |
afstand bijgebouwen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | min. 3 m | |
gezamelijke oppervlakte vrijstaande en aangebouwde bijgebouwen en carports/overkappingen per bedrijfswoning | max. 100 m2 | |
Bedrijfsgebouwen | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 5,5 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m |
Bedrijfswoning | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 5,5 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m |
inhoud |
maximaal 750 m3 (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij: - de bestaande inhoud van de bestaande bedrijfswoning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt; - het een bestaande (woon)boerderij betreft, waarbij de inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum geldt. |
|
Vrijstaande bijgebouwen bij bedrijfswoning | Min. | Max. |
|
|
|
goothoogte | n.v.t. | 3 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 5,5 m |
afstand vrijstaande bijgebouwen tot bedrijfswoning | n.v.t. | 20 m (kortste afstand van gevel tot gevel), tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | |
bouwhoogte erfafscheidingen |
voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
|
bouwhoogte ballenvanghekken | 7,5 m | |
bouwhoogte lichtmasten | 9 m | |
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | max 6 m; voorzover in de tabel in 16.1.2 onder Staat van recreatieve voorzieningen maatvoeringseisen zijn opgenomen, gelden deze eisen in afwijking van bovenstaande tabel. |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 2' gelden aanvullend de volgende bebouwingsregels:
Stacaravans | Min. | Max | |
toegestane aantal | n.v.t. | 190 | |
oppervlakte per stacaravan | n.v.t. | 55 m2 | |
inhoud | n.v.t. | 200 m3 | |
goothoogte | n.v.t. | 3 m | |
bouwhoogte | n.v.t. | 5 m |
Herbouw van de bedrijfswoning is niet toegestaan.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de in 16.2.3 opgenomen maximale oppervlakte bedrijfsbebouwing van recreatiebedrijven, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.2.4 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.2.4 teneindemits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.2.6 teneinde herbouw van de bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en opstallen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.4.1 onder b en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
De voor Sport aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen en overeenkomstig de in 17.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 17.1.1:
Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduiding uitsluitend toegestaan de voorzieningen genoemd in de navolgende Staat van sportvoorzieningen:
Aanduiding | Betekenis | Activiteiten | Straat | Huisnummer | Toevoeging | Bebouwde oppervlakte |
(ss-1) | specifieke vorm van sport - 1 | golfterrein en partycentrum | Hoekje | 7 | B | |
(ss-2) | specifieke vorm van sport - 2 | sportvelden met kantine | Middelvaart | 1 | c en d | 1500 m2 |
(ss-3) | specifieke vorm van sport - 3 | ijsbaan | Hoekje | ong | 225 m2 | |
(ss-4) | specifieke vorm van sport - 4 | golfterrein | Hoekje | 7 | B |
|
Binnen de bestemming is horeca toegestaan, uitsluitend in ondergeschikte vorm en dienstbaar aan de ter plaatse toegestane sportvoorzieningen, met dien verstande dat dit niet geldt ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - 1', waarbij het bepaalde in 17.1.2 onder a geldt.
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend zijn toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming.
Voor bedrijfswoningen geldt het volgende:
De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan aangegeven in 17.1.2 onder a. Voor zover geen oppervlakte in de tabel is opgenomen geldt de bestaande bebouwde oppervlakte als maximum.
Voor de gebouwen en de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bebouwingsregels:
Gebouwen, carports en overkappingen algemeen | ||
afstand tot perceelsgrens | min. 3 m | |
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg' aangeduide weg | min. 20 m | |
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg' aangeduide weg | min. 5 m | |
|
||
carports en overkappingen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | min.1 m | |
afstand bijgebouwen bij de bedrijfswoning achter de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan | min. 3 m | |
gezamelijke oppervlakte vrijstaande en aangebouwde bijgebouwen en carports/overkappingen per bedrijfswoning | max. 100 m2 | |
Bedrijfsgebouwen | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 5,5 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m |
Bedrijfswoning | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 5,5 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m |
inhoud |
maximaal 750 m3 (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij: - de bestaande inhoud van de bestaande bedrijfswoning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt; - het een bestaande (woon)boerderij betreft, waarbij de inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum geldt. |
|
Vrijstaande bijgebouwen bij bedrijfswoning | Min. | Max. |
|
|
|
goothoogte | n.v.t. | 3 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 5,5 m |
afstand vrijstaande bijgebouwen tot bedrijfswoning | n.v.t. | 20 m (kortste afstand van gevel tot gevel), tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | |
bouwhoogte erfafscheidingen |
voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
|
bouwhoogte ballenvanghekken | 7,5 m | |
bouwhoogte lichtmasten | 9 m | |
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | max 6 m; voorzover in de tabel in 17.1.2 onder a maatvoeringseisen zijn opgenomen, gelden deze eisen in afwijking van bovenstaande tabel. |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Herbouw van de bedrijfswoning is niet toegestaan.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.2.4 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.2.4 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel een grotere bouwhoogte toe te staan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.2.5 teneinde herbouw van de bedrijfswoning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en opstallen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.4.1 onder b en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
De voor Verkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen zoals groenvoorzieningen, wildbegeleidende en wildbeschermingsvoorzieningen, beeldende kunstwerken, geluidswerende voorzieningen, parkeervoorzieningen, wandel- en/of fietspaden, openbare nutsvoorzieningen, bermen, wegbeplantingen, sloten en overeenkomstig de in 18.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 18.1.1:
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van de bestemming, alsmede gebouwen ten dienste van openbare nutsvoorzieningen.
Gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen dienen aan het volgende te voldoen:
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 15 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van lichtmasten maximaal 18 m mag bedragen.
Het is verboden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - onverharde weg' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 18.3.4 opgenomen omgevingsvergunningsplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 18.3.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 18.3.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 18.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 18.3.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden |
het aanleggen van wegen en het aanbrengen van overige verhardingen | de wegen en overige verhardingen moeten noodzakelijk zijn voor het beheren dan wel verbeteren van het bos, het agrarisch gebruik dan wel voor het mogelijk maken van extensief recreatief medegebruik; de wegen en overige verhardingen betekenen geen onevenredige aantasting van de aanwezige natuurwaarden; hiertoe wordt de terreinbeheerder gehoord; |
het omploegen van de paden | het omploegen moet noodzakelijk zijn voor het beheren dan wel verbeteren van het bos of het agrarisch gebruik; de wegen en overige verhardingen betekenen geen onevenredige aantasting van de aanwezige natuurwaarden; hiertoe wordt de terreinbeheerder gehoord; |
Burgemeester en wethouders kunnen de gronden geheel of gedeeltelijk wijzigen in de bestemming Artikel 15 Natuur ter plaatse van de aanduidingen:
mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:
één en ander met de bijbehorende voorzieningen zoals bermen, paden,
beschoeiingen e.d.
Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.
De bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dienen aan het volgende te voldoen:
De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de bijbehorende voorzieningen, zoals tuinen en erven en overeenkomstig de in 20.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 20.1.1:
Binnen deze bestemming mag ook een niet-publieksgerichte aan huis verbonden bedrijfsactiviteit worden
uitgeoefend als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende bepalingen van toepassing
zijn:
Voor het (rechtstreeks) toestaan van een aan huis gebonden activiteit gelden de volgende bepalingen:
Voor het (rechtstreeks) toestaan van een bed & breakfast gelden de volgende bepalingen:
Afhankelijk van de opgenomen aanduiding zijn ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' voorts uitsluitend de volgende nevenactiviteiten naast de woonfunctie toegestaan met de daarbij behorende voorzieningen, waarbij voor de betreffende activiteit maximaal de bestaande gebruiksoppervlakte is toegestaan en uitsluitend in bestaande gebouwen:
Afkorting | Aanduiding | Activiteiten | Straat | Huisnumm er |
(sw-5) | specifieke vorm van wonen - 5 | statische opslag | Woudrichemseweg | 40 |
(sw-6) | specifieke vorm van wonen - 6 | kaasmakerij | Jan Spieringweg | 5 |
(sw-7) | specifieke vorm van wonen - 7 | kinder/jeugd-coachingsbedrijf | Uppelse Hoek | 1 |
(sw-8) | specifieke vorm van wonen - 8 | webwinkel | Veldweg | 15 |
(sw-9) | specifieke vorm van wonen - 9 | bed&breakfast voor max. 5 personen | Dijkje | 7 |
(sw-10) | specifieke vorm van wonen - 10 | caravanstalling voor maximaal 8 kampeermiddelen | Midgraaf | 10a |
Per bestemmingsvlak is maximaal één woning toegestaan, met dien verstande dat:
Gebruik van gronden en bouwwerken voor een minicamping is uitsluitend toegestaan via omgevingsvergunning als bedoeld in 20.5.3.
Gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van bed & breakfast in een grotere omvang dan genoemd
onder a, is uitsluitend toegestaan via omgevingsvergunning als bedoeld in 20.5.4.
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Waardhuizenseweg 10
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone- voorwaardelijke verplichting' is' herbouw van de bestaande woning toegestaan, mits bij aanvraag van de omgevingsvergunning voor herbouw,
1. de resultaten van het aanvullend vleermuizenonderzoek wordt overlegd en
2. aangetoond wordt dat de herbouw geen onevenredige aantasting van ter plaatse aanwezige archeologische waarden tot gevolg heeft;
3. de sloop van de bestaande woning en van de overtollige bebouwing is gewaarborgd.
Middelvaart 5a
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone- voorwaardelijke verplichting'' is gebruik als wonen toegestaan , indien en voorzover de kwaliteitseisen als bedoeld in Bijlage 10 memo Kwaliteitsverbetering landschap Middelvaart 5a , waaronder de voorgeschreven sloop van bebouwing, binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van dit bestemmingsplan is uitgevoerd..
Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals woningen met bijgebouwen en bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Met betrekking tot de inhoud van de woningen gelden de volgende regels:
Met betrekking tot de maatvoering en situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dient aan het volgende te worden voldaan:
Gebouwen, carports en overkappingen algemeen | |||
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg' aangeduide weg | min. 20 m | ||
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg' aangeduide weg | min. 15 m | ||
b |
|||
carports en overkappingen bij de woning achter de voorgevel van de woning en het verlengde daarvan | 1 m | ||
afstand bijgebouwen bij de woning achter de voorgevel van de woning en het verlengde daarvan | 3 m | ||
gezamelijke oppervlakte vrijstaande en aangebouwde bijgebouwen en carports/overkappingen per woning | max. 100 m2 | ||
Woning | Min. | Max. | |
goothoogte |
n.v.t. | 3,5 m, - ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' de aangeduide goothoogte als maximum geldt |
|
bouwhoogte | n.v.t. | 9 m, met dien verstande dat: - - ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' de aangeduide bouwhoogte als maximum geldt |
|
inhoud | zie 20.2.2. | ||
dakhelling | 0º | 60º | |
afstand tot perceelsgrens | 3 m | n.v.t. | |
Bijgebouwen bij woning | Min. | Max. | |
|
|
|
|
goothoogte | n.v.t. | 3 m | |
bouwhoogte | n.v.t. | 6 m | |
afstand vrijstaande bijgebouwen tot woning | n.v.t. | 20 m (kortste afstand van gevel tot gevel), tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum | |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. | ||
bouwhoogte erfafscheidingen |
voor voorgevelrooilijn: 1 m; overige: 2 m |
||
|
2 m | ||
bouwhoogte afrastering agrarische gronden met hobbymatig agrarisch gebruik | 1,5 m | ||
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen | 3 m | ||
oppervlakte van een carports c.q. overkapping | 20 m2 | ||
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 4 m | ||
Paardenbak | Max. | ||
oppervlakte paardenbak | 800 m2 tezamen met het deel dat eventueel binnen de bestemming Agrarisch - 1 en/of Agrarisch met waarden is gesitueerd | ||
lichtmasten zijn niet toegestaan, tenzij de het bestaande lichtmasten betreft |
Aanvullend op de tabel geldt het volgende:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 20.2.3 teneinde de toegestane bebouwde oppervlakte van de bijgebouwen te vergroten, mits voormalige bedrijfsgebouwen worden gesloopt. Hierbij dient aan het volgende te worden voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 20.2.3 teneinde de minimum afstand van een woning tot de zijdelingse bouwperceelgrens te verkleinen. Hierbij dient aan het volgende te worden voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 20.2.3 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 20.2.3 teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel een grotere bouwhoogte toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Ten behoeve van het stimuleren van sloop van overtollige bebouwing kan het bevoegd gezag door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 20.2.2 teneinde een vergroting van de maximale inhoud voor een burgerwoning toe te staan, tot een maximum van 900 m3 onder de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 20.2.3 teneinde bij een paardenbak lichtmasten toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken als bedoeld in 20.2.4 teneinde herbouw van de woning mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde
in 20.1.2 onder a teneinde bedrijven toe te staan, die qua aard en omvang en invloed op het milieu en de
omgeving gelijk te stellen zijn met de in 20.1.2 onder a toegestane bedrijven maar die niet in Bijlage Staat van
inrichtingen zijn genoemd, mits:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder h en/of i, teneinde een ander type aan huis gebonden activiteit mogelijk te maken, dan wel onder andere voorwaarden een aan huis gebonden activiteit of bed & breakfast mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken als bedoeld in 20.1.2 onder f teneinde kleinschalig kamperen en de daarvoor noodzakelijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen, toe te staan binnen de reguliere bebouwingsmogelijkheden, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken als bedoeld in
20.1.2
onder g teneinde als nevenactiviteit bij een woning, bed & breakfast voorzieningen e.d., in een grotere
omvang toe te staan alsmede toe te staan in vrijstaande bijgebouwen, mits aan de volgende voorwaarden
wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 20.4.1 onder a en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van deze gronden wijzigen teneinde toevoeging van woningen door bouwkundige aanpassingen (splitsing) van bestaande boerderijgebouwen of woningen mogelijk te maken. Een en ander mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Leiding - Gas aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van ondergrondse hoge druk gastransportleidingen (inclusief voorzieningen) met de daarbij behorende belemmeringenstroken.
De regels van deze dubbelbestemming gelden primair ten opzichte van de regels van iedere andere bestemming, waarmee deze dubbelbestemming samenvalt.
IN afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, geldt dat op of in de in 21.1 bedoelde gronden uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de leiding(en) mogen worden gebouwd. Overige gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn niet toegestaan uit oogpunt van externe veiligheid en energieleveringszekerheid.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor het bouwen overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemming(en) indien de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingexploitant. Een omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien geen kwetsbare objecten worden toegelaten.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
Het onder 21.5.1 vervatte verbod geldt niet voor werken of werkzaamheden:
De in 21.5.1 genoemde omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden kan worden verleend indien de betreffende werken en/of werkzaamheden de belangen van de leiding niet schaden.
Alvorens te beslissen op een aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in 21.5.1 wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de leiding niet worden geschaad en welke voorwaarden gesteld dienen te worden om eventuele schade te voorkomen.
De voor Leiding - Riool aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor aanleg en instandhouding van een rioolpersleiding, één en ander met de bijbehorende voorzieningen.
Binnen deze dubbelbestemming zijn uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan ten behoeve van deze dubbelbestemming.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 22.2 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de op deze gronden liggende hoofdbestemming toe te staan, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van de leiding geen bezwaar bestaat; dienaangaande wordt door het bevoegd gezag advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
Het is verboden op of in de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
Het onder 22.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken of werkzaamheden:
De in 22.4.1 genoemde omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover door de werken en werkzaamheden geen veiligheidsrisico's ontstaan en de leidingen niet worden aangetast. Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld in 22.4.1 wordt door het bevoegd gezag schriftelijk advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
De voor Leiding - Water aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een watertransportleiding;
één en ander met de bijbehorende voorzieningen.
Binnen deze dubbelbestemming zijn uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan ten behoeve van deze dubbelbestemming.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 23.2 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de op deze gronden liggende hoofdbestemming toe te staan, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van de leiding geen bezwaar bestaat; dienaangaande wordt door het bevoegd gezag advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
Het onder 23.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken of werkzaamheden:
De in 23.4.1 genoemde omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover door de werken en werkzaamheden geen veiligheidsrisico's ontstaan en de leidingen niet worden aangetast. Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld in 23.4.1 wordt door het bevoegd gezag schriftelijk advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de aanwezige archeologische monumenten in de bodem. Bescherming vindt plaats in het kader van de Monumentenwet 1988.
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de aanwezige en te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een vergunning als bedoeld in 25.2.1, wint het advies in bij de archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Het bepaalde onder 25.2.1 sub a geldt niet indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Onverminderd het in de Monumentenwet 1988 bepaalde is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het onder 25.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
Ten aanzien van de onder 25.4.1 genoemde vergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Voordat het bevoegd gezag beslist over het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in 25.4.1 wint het advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de aanwezige en te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
dient de aanvrager een rapport te overleggen, waarin de archeologische waarde van de gronden waarop de aanvraag betrekking heeft in voldoende mate is vastgesteld;
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een vergunning als bedoeld in 26.2.1, wint het advies in bij de archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Het bepaalde onder 26.2.1 sub a geldt niet indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Onverminderd het in de Monumentenwet 1988 bepaalde is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het onder 26.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
Ten aanzien van de onder 26.4.1 genoemde vergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Voordat het bevoegd gezag beslist over het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in 26.4.1 wint het advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 3' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
dient de aanvrager een rapport te overleggen, waarin de archeologische waarde van de gronden waarop de aanvraag betrekking heeft in voldoende mate is vastgesteld;
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een vergunning als bedoeld in 27.2.1, wint het advies in bij de archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Het bepaalde onder 27.2.1 sub a geldt niet indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Onverminderd het in de Monumentenwet 1988 bepaalde is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het onder 27.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
Ten aanzien van de onder 27.4.1 genoemde vergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Voordat het bevoegd gezag beslist over het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in 27.4.1 wint het advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 4' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.
De voor 'Waarde - Archeologie 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
dient de aanvrager een rapport te overleggen, waarin de archeologische waarde van de gronden waarop de aanvraag betrekking heeft in voldoende mate is vastgesteld;
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een vergunning als bedoeld in 28.2.1, wint het advies in bij de archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Het bepaalde onder 28.2.1 sub a geldt niet indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Onverminderd het in de Monumentenwet 1988 bepaalde is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het onder 28.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
Ten aanzien van de onder 28.4.1 genoemde vergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Voordat het bevoegd gezag beslist over het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in 28.4.1 wint het advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 5' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.
De voor Waarde - Attentiezone waterhuishouding aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, beheer en herstel van de waterhuishoudkundige situatie, gericht op het verbeteren van de condities voor de natuur(waarden).
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden op de in deze bestemming bedoelde gronden de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het in 29.2.1 opgenomen vergunningvereiste geldt niet voor:
Een omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden als bedoeld in 29.2.1 of de elders in dit bestemmingsplan genoemde omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden mag alleen worden verleend indien door die andere werken en/of werkzaamheden of door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen geen negatief effect hebben op de bescherming van de waterhuishouding en op de hydrologische instandhoudingsdoelen van het hierbinnen gelegen Natuur Netwerk Brabant.
de waterhuishoudkundige situatie niet onevenredig wordt of kan worden aangetast
Alvorens te beslissen over een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden als bedoeld in 29.2.1 hoort het bevoegd gezag het ter plaatse bevoegde waterstaatsgezag.
De voor Waarde - Cultuurhistorie aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor instandhouding en herstel van ter plaatse voorkomende cultuurhistorische waarden.
In afwijking van het overigens in deze regels bepaalde ten aanzien van het bouwen krachtens de andere bestemmingen van deze gronden, zijn op en in de gronden als bedoeld in 30.1, ten dienste van en behorende bij de daar bedoelde doeleinden uitsluitend de bestaande bouwwerken toegestaan
worden gebouwd
bouwwerken, geen gebouw zijnde, tot een bouwhoogte van 2 m.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, met toepassing van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht, ten aanzien van het bouwen en gebruik krachtens de andere bestemmingen van de gronden als bedoeld in 30.1, nadere eisen te stellen aan de situering van bouwwerken en gebruiksvormen:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 7.10 Wro wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen:
Voor zover ingevolge de gronden waarmee de onderhavige bestemming samenvalt, een omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden kan worden afgegeven dient bij verlening tevens de volgende eis in acht te worden genomen:
De voor Waarde - Natura2000 aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
Voor zover ingevolge de gronden waarmee de onderhavige bestemming samenvalt, omgevingsvergunning wordt verleend, dienen bij de criteria voor verlening of medewerking tevens de volgende eisen in acht te worden genomen:
Voor zover ingevolge de gronden waarmee de onderhavige bestemming samenvalt, omgevingsvergunning wordt verleend, dienen bij de criteria voor verlening of medewerking tevens de volgende eisen in acht te worden genomen:
Voor zover ingevolge de gronden waarmee de onderhavige bestemming samenvalt, een omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden kan worden afgegeven dienen bij de criteria voor verlening tevens de volgende eisen in acht te worden genomen:
Voor zover ingevolge de gronden waarmee de onderhavige bestemming samenvalt, omgevingsvergunning wordt verleend of medewerking aan een wijziging ex artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening wordt gegeven dienen bij de criteria voor verlening of medewerking tevens de volgende eisen in acht te worden genomen:
a. De voor "Waarde – Nieuwe Hollandse Waterlinie " aangewezen gronden zijn, behalve
voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de instandhouding,
het herstel en de ontwikkeling van het erfgoed van uitzonderlijke universele
waarde van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Deze universele waarden zijn benoemd
in Bijlage 5 Kernkwaliteiten Nationaal Landschap en Bijlage 6 Inundatiekom Land van Altena en
bestaan in ieder geval uit de volgende waarden:
1. het unieke, in samenhang met het landschap ontworpen negentiende en
twintigste-eeuwse hydrologische en militair verdedigingssysteem, bestaande
uit:
2. grote openheid;
3. groen en overwegend rustig karakter.
b. Ten aanzien van de onderlinge relatie tussen de dubbelbestemmingen geldt dat
dubbelbestemmingen gericht op de (externe) veiligheid prevaleren boven de
dubbelbestemming Waarde - Nieuwe Hollandse Waterlinie.
Op de in lid 32.1 bedoelde gronden mag worden gebouwd ten dienste van de andere daar
voorkomende bestemmingen, met in achtneming van de volgende regels:
a. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - kernzone' wordt voldaan aan de
ontwerp-richtlijnen Nieuwe Hollandse Waterlinie, zoals benoemd in Bijlage 5
Kernkwaliteiten Nationaal Landschap en Bijlage 6 Inundatiekom Land van Altena.
Op de in lid 32.1 bedoelde gronden mag ter plaatse van de aanduiding 'overige zone -
kernzone' worden gebouwd ten dienste van de andere daar voorkomende bestemmingen
op grond van daarin opgenomen afwijkingsmogelijkheden, met dien verstande dat de
opstelling van een beeldkwaliteitsplan verplicht is conform de ontwerprichtlijnen
Nieuwe Hollandse Waterlinie, zoals benoemd in Bijlage 5 Kernkwaliteiten Nationaal
Landschap en Bijlage 6 Inundatiekom Land van Altena en hierover is geadviseerd door de
gemeentelijke commissie.
Op de in lid 32.1 bedoelde gronden mag ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - inundatiekommen', 'overige zone - accessen' en 'overige zone -
verdichtingsvelden' worden gebouwd ten dienste van de andere daar voorkomende
bestemmingen op grond van daarin opgenomen afwijkingsmogelijkheden, met dien
verstande dat de volgende aanvullende voorwaarde in acht moet worden genomen voor
zover de gronden zijn gelegen buiten het agrarisch bouwvlak dan wel buiten het
bestemmingsvlak van een niet-agrarische bestemming, niet zijnde de bestemming Bos,
Natuur, Groen of Water:
a. er wordt voldaan aan de ontwerprichtlijnen Nieuwe Hollandse Waterlinie, zoals
benoemd in Bijlage 5 en de ontwerprichtlijnen, zoals
benoemd in Bijlage 6 , waarover de commissie, verantwoordelijk voor advisering op het gebied van cultuurhistorie en monumentenzorg, adviseert.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarde - Nieuwe hollandse waterlinie' zonder of in afwijking van een vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Gebiedsaanduidingen / werken en werkzaamheden
Gebiedsaanduidingen / werken en werkzaamheden | a | b | c | d | e | f | g | h |
overige zone - kernzone | x | x | x | x | x | x | x | x |
overige zone - inundatiekommen | x | - | x | x | - | - | x | x |
overige zone - verdichtingsvelden | x | x | x | - | x | - | x | - |
overige zone - accessen | x | x | x | - | x | - | x | - |
x = omgevingsvergunning
- = niet omgevingsvergunningplichtig
Het verbod als bedoeld in sublid 32.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
Op de in lid 33.1 bedoelde gronden mag ter plaatse van de aanduiding 'overige zone -
kernzone' worden gebouwd ten dienste van de andere daar voorkomende bestemmingen
met dien verstande dat de opstelling van een beeldkwaliteitsplan verplicht is conform de ontwerprichtlijnen Nieuwe Hollandse Waterlinie, zoals benoemd in Bijlage 5 en de ontwerprichtlijnen, zoals benoemd in Bijlage 6 Inundatiekom Land van Altena en hierover is geadviseerd door de commissie, verantwoordelijk voor advisering op het gebied van cultuurhistorie en monumentenzorg.
Op de in lid 33.1 bedoelde gronden mag ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - inundatiekommen', 'overige zone - accessen' en 'overige zone -
verdichtingsvelden' worden gebouwd ten dienste van de andere daar voorkomende
bestemmingen, met dien verstande dat de volgende aanvullende voorwaarde in acht moet worden genomen voor zover de gronden zijn gelegen buiten het bouwvlak dan wel buiten het bestemmingsvlak van een niet agrarische bestemming, niet zijnde de bestemming Bos, Natuur, Groen of Water:
a. er wordt voldaan aan de ontwerprichtlijnen Nieuwe Hollandse Waterlinie, zoals
benoemd in Bijlage 5 Kernkwaliteiten Nationaal Landschap en de ontwerprichtlijnen, zoals
benoemd in Bijlage 6 Inundatiekom Land van Altena, waarover de commissie, verantwoordelijk voor advisering op het gebied van cultuurhistorie en monumentenzorg, adviseert.
De voor Waterstaat - Bergend rivierbed aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de berging van rivierwater uit de Waal, Merwede en de Afgedamde Maas.
Op de in 33.1 bedoelde gronden zijn geen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde indien dit voor de veiligheid en/of de berging van rivierwater noodzakelijk is.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 33.2 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde toe te staan ten behoeve van deze bestemming en de hoofdbestemming, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van het bergend rivierbed wordt voldaan aan de volgende algemene voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan zodanig wijzigen, om overeenkomstig artikel 3.6 lid 1 sub a van de Wet ruimtelijke ordening de grenzen van deze dubbelbestemming te wijzigen of deze dubbelbestemming te verwijderen indien dit uit oogpunt van het waterbelang noodzakelijk is.
De voor Waterstaat - Stroomvoerend rivierbed aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de afvoer van rivierwater uit de Waal, Merwede en de Afgedamde Maas en overeenkomstig de in 34.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 34.1.1:
Buitenopslag ten behoeve van de onderliggende bestemming is uitsluitend toegestaan met de bestaande oppervlakte als maximum.
Op de primair tot “Waterstaat - Stroomvoerend rivierbed” bestemde gronden zijn geen gebouwen en geen andere bouwwerken toegestaan, met uitzondering van de bestaande gebouwen en bestaande andere bouwwerken.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde indien dit voor de veiligheid en/of de afvoer van rivierwater noodzakelijk is.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 34.2 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toe te staan ten behoeve van deze bestemming en de hoofdbestemming en/of het uitbreiden van buitenopslag toe te staan, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van het stroomvoerend rivierbed wordt voldaan aan de volgende algemene voorwaarden:
Voor de in 34.1.2 onder b, sub a, b en c genoemde activiteiten geldt voorts de aanvullende voorwaarde:
Voor de in 34.1.2 onder b sub d genoemde activiteiten geldt voorts de aanvullende voorwaarde:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan zodanig wijzigen, om overeenkomstig artikel 3.6 lid 1 sub c van de Wet ruimtelijke ordening de grenzen van deze dubbelbestemming te wijzigen of deze dubbelbestemming te verwijderen indien dit uit oogpunt het waterbelang noodzakelijk is.
De voor Waterstaat - Waterkering aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
Ten aanzien van bebouwing, zijn op of in de in 35.1 bedoelde gronden uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan, die ten dienste staan van deze bestemming.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 35.1 voor de bouw van bouwwerken die zijn toegelaten op grond van de aan de desbetreffende gronden gegeven hoofdbestemming, mits geen onevenredige aantasting ontstaat of kan ontstaan van de belangen van de waterkering en het kwantitatieve waterbeheer. Daartoe wordt vooraf advies ingewonnen van de beheerder van de waterkering.
Artikel 36 Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bestaande gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die zijn opgericht in overeenstemming met de Woningwet, maar in afwijking van dit bestemmingsplan, zijn toegestaan. Herbouw van deze bestaande gebouwen is niet toegestaan.
Bij een gebouw moet ten behoeve van het parkeren en het stallen van auto's in de juiste mate ruimte zijn aangebracht in, op of onder dat gebouw dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort, met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in lid 37.2.1 voor zover op andere wijze in de nodige parkeer- of stallingruimte wordt voorzien.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, onder a van de
Wet ruimtelijke ordening, de in artikel 30.4.1 juncto bijlage 3 'Notitie parkeren' bedoelde parkeernormen en
bedragen te wijzigen.
Als gebruik in strijd met de bestemming wordt in ieder geval begrepen het (laten) gebruiken van onbebouwde gronden:
Ter plaatse van de gebiedsaanduidingen:
aangeduide gronden gelden specifieke regels. Deze specifieke regels zijn opgenomen in de bestemming waarbinnen dit geldt.
Eén of meer van deze genoemde aanduidingen komt voor in één of meer van de volgende bestemmingen: Agrarisch - 1 , Agrarisch - 2, Agrarisch met waarden, Bedrijf, Bedrijf - Agrarisch verwant en technisch hulpbedrijf , Bedrijf - Nutsbedrijf, Groen, Recreatie, Verkeer en Wonen.
In afwijking van het overigens in het plan bepaalde is het niet toegestaan nieuwe geluidsgevoelige objecten te bouwen of geluidsgevoelige terreinen aan te leggen of in te richten ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - industrie', te weten de 50 dB(A) zone behorende bij het industrieterrein.
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' is het verboden kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten op te richten.
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming op onderdelen wijzigen teneinde de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' te wijzigen in die zin dat:
Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop1', 'vrijwaringszone - molenbiotoop2', 'vrijwaringszone - molenbiotoop3', 'vrijwaringszone - molenbiotoop4' en 'vrijwaringszone - molenbiotoop5' gelden ter bescherming en instandhouding van de belangen van de bestaande molen als werktuig en beeldbepalend landschapselement en ter behoud, beheer en bescherming van de cultuurhistorische waarden van de molen de hierna volgende bepalingen:
Voor de bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt het volgende:
Aanduiding | Naam | Straat | Plaats | Askophoogte (z) | n |
vrijwaringszone - molenbiotoop1 | Oude Doornse Molen | Oude Doorn 1 | Almkerk | 12,54 | 140 |
vrijwaringszone - molenbiotoop2 | Zandwijkse molen | Uppelse Steeg | Uppel | 12,85 | 140 |
vrijwaringszone - molenbiotoop3 | Uitwijkse molen | Uppelsesteeg 3 | Uppel/ Sleeuwijk | 12,85 | 140 |
vrijwaringszone - molenbiotoop4 | Noordeveldse molen | Korn Boezemweg 4 | Dussen | 13,5 | 140 |
vrijwaringszone - molenbiotoop5 | Nooit Gedagt | Rijkswal 7 | Woudrichem | 9,20 | 75 |
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 39.4.2 en een hogere bouwhoogte toestaan, mits hierdoor hetzij direct, hetzij indirect het huidige en het toekomstige functioneren van de molen door windbelemmering, de waarde van de molen als landschapselement en de cultuurhistorische waarde, niet onevenredig aangetast worden. Hiertoe wordt advies ingewonnen bij een terzake deskundige.
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten voeren:
Het onder a vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:
De onder a bedoelde werken of werkzaamheden zijn toelaatbaar, indien door die werken en werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, het huidige en/of toekomstig functioneren van de molen als werktuig door windbelemmering, de waarde van de molen als landschapselement en de cultuurhistorische waarde, niet onevenredig aangetast worden. Hiertoe wordt advies ingewonnen bij een terzake deskundige.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - vervallen gasleiding' is de dubbelbestemming 'Leiding - Gas' niet meer van toepassing.
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen in de dubbelbestemming:
Het bevoegd gezag is bevoegd om gronden met de bestemming Agrarisch - 1; Agrarisch - 2 en Agrarisch met waarden te wijzigen in de bestemming Wonen voor de realisering van een of meer woningen op ruimte-voor-ruimtekavels mits is aangetoond dat:
Het bevoegd gezag is bevoegd om gronden met de bestemming Agrarisch - 1; Agrarisch - 2 en Agrarisch met waarden te wijzigen in de bestemming Wonen teneinde een vergroting van een bestaande woonbestemming mogelijk te maken, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden
Artikel 36 Omgevingsvergunning voor het slopen van cultuurhistorisch waardevolle gebouwen
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor slopen) een beeldbepalend gebouw als opgenomen in Bijlage 2 (rijks- en gemeentelijke) monumenten en beeldbepalende gebouwen of een boerderijgebouw geheel of gedeeltelijk te slopen.
Het in 41.1.1. vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 41.1.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend:
Alvorens een besluit te nemen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning voor slopen wint het bevoegd gezag advies in van de gemeentelijke de commissie, verantwoordelijk voor advisering op het gebied van cultuurhistorie en monumentenzorg, omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning voor slopen geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de cultuurhistorische waarden van het beeldbepalende gebouwen of het boerderijgebouw en de omgeving.
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in 42.1.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in 42.1.1 met maximaal 10%.
Het bepaalde in 42.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in 42.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in 42.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Het bepaalde in 42.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - persoonsgebonden overgangsrecht', geldt het volgende persoonsgebonden overgangsrecht:
a. Almweg 6, geldt het volgende:
deze gronden en gebouwen zijn in strijd met het bestemmingsplan in gebruik genomen als kleinschalig metaalbewerkingsbedrijf. Dit gebruik mag worden voortgezet door diegene die als bestaande drijver van dit bedrijf staat geregistreerd bij de gemeente ten tijde van het ter inzage leggen van het ontwerp van dit bestemmingsplan en met de activiteiten en omvang van dat moment. Zodra dit omschreven gebruik door de bestaande drijver van het bedrijf wordt beëindigd, vervalt het recht op gebruik van gronden en gebouwen als kleinschalig metaalbewerkingsbedrijf.
b. Provincialeweg Noord 52 Almkerk
de opstallen worden in strijd met de bestemming gebruikt voor opslag van materialen en de gronden worden gebruikt voor het parkeren van bedrijfsauto's. Dit gebruik mag worden voortgezet door diegene die als bestaande drijver van dit bedrijf staat geregistreerd bij de gemeente ten tijde van het ter inzage leggen van het ontwerp van dit bestemmingsplan en met de activiteiten en omvang van dat moment. Zodra dit omschreven gebruik door de bestaande drijver van het bedrijf wordt beëindigd, vervalt het recht op gebruik van gronden en gebouwen als binnen het persoongebonden overgangsrecht is bepaald.
c. Oudendijk 92
voorzover de bestaande oppervlakte bijgebouwen de toegestane oppervlakte overschrijdt
mag deze grotere oppervlakte worden gehandhaafd. Deze overschrijding is toegestaan en mag worden voortgezet door diegene die als bewoner staat geregistreerd bij de gemeente ten tijde van het ter inzage leggen van het ontwerp van dit bestemmingsplan.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Buitengebied Woudrichem herziening 2018.