direct naar inhoud van Artikel 22 Waarde - Cultuurhistorie
Plan: Kern Hank
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0870.04BP1046kernHANK-VA02

Artikel 22 Waarde - Cultuurhistorie

22.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, tevens bestemd voor het behoud, de versterking en ontwikkeling van de aanwezige cultuurhistorische en ruimtelijke waarden, waaronder begrepen:

  • a. de beeldbepalende dijkstructuur;
  • b. de beeldbepalende groenstructuur;
  • c. de cultuurhistorisch en landschappelijk beeldbepalende elementen en ensembles.
22.2 Bouwregels
22.2.1 Bouwverbod

Op de voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden mag niet worden gebouwd.

22.2.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in artikel 22.2.1 is niet van toepassing op:

  • a. normale onderhoudswerkzaamheden;
  • b. bouwactiviteiten van ondergeschikte betekenis.
22.3 Afwijken van de bouwregels
22.3.1 Afwijken van de bouwregels ten behoeve van bouwen van gebouwen

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in 22.2.1 ten behoeve van het bouwen van bouwwerken overeenkomstig de onderliggende bestemming(en), met dien verstande dat:

  • a. op basis van een advies van een deskundige op het gebied van cultuurhistorie, zoals de erfgoedcommissie of een daarvoor in de plaats tredende gelijkwaardige commissie, vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Werkendam aangetoond wordt, dat:
    • 1. dit verenigbaar is met behoud, herstel en/of versterking van de cultuurhistorische waarden en kwaliteiten van de bestaande bebouwing;
    • 2. dit niet leidt tot een wezenlijke verandering van de aanwezige cultuurhistorische waarden en kwaliteiten.
22.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
22.4.1 Omgevingsvergunning

Het is verboden op of in deze gronden zonder of in afwijking van een omgevings- vergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het verlagen, ophogen en afgraven van de bodem;
  • b. het kappen en/of rooien van bomen en houtgewas;
  • c. geheel of gedeeltelijk dempen/graven van watergangen;
  • d. veranderingen aan te brengen in het aanwezige verkavelingspatroon;
  • e. bij de aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteiten als bedoeld onder a, b, c en d, dient een cultuurhistorisch onderzoek te worden overgelegd waarin wordt aangetoond dat de cultuurhistorische waarden door de activiteiten niet onevenredig worden geschaad;
  • f. het bevoegd gezag kan aanvullende voorschriften verbinden aan de omgevingsvergunning in het belang van de bescherming van de cultuurhistorische waarden.
22.4.2 Uitzonderingen

Het verbod, zoals bedoeld in lid 22.4.1 is niet van toepassing, op:

  • a. normale onderhoudswerkzaamheden;
  • b. werken en/of werkzaamheden in het kader van het normale bodemgebruik;
  • c. werken en/of werkzaamheden:
    • 1. welke op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan in uitvoering zijn;
    • 2. welke krachtens een voor dat tijdstip verleende omgevingsvergunning/afwijking of anderszins mogen worden uitgevoerd;
  • d. werken of werkzaamheden, gericht op de instandhouding en herstel van gebouwen en terreinen met cultuurhistorische waarden.
22.4.3 Toepassingscriteria

De werken of werkzaamheden als bedoeld in 22.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de in 22.1 genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast dan wel de mogelijkheden voor herstel van de bedoelde waarden niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind.

22.4.4 Advies

Indien het bevoegd gezag voornemens is om aan de omgevingsvergunning voorwaarden te verbinden als bedoeld in lid 22.4.1, onder f, vraagt het bevoegd gezag advies aan de deskundige op het gebied van de archeologische monumentenzorg conform de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie-KNA, vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Werkendam.

22.5 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
22.5.1 Omgevingsvergunning
  • a. Het is verboden om op de gronden met de dubbelbestemming 'Waarde – Cultuurhistorie' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning een aanwezige muraltmuur te slopen;
  • b. bij de aanvraag om een omgevingsvergunning voor het geheel of gedeeltelijk slopen dient een cultuur-/bouwhistorisch onderzoek te worden overgelegd;
  • c. het bevoegd gezag kan aanvullende voorschriften verbinden aan de omgevingsvergunning in het belang van de bescherming van de cultuurhistorische waarden;
  • d. de omgevingsvergunning wordt niet verleend, indien blijkt dat de sloop een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische waarden tot gevolg heeft.
22.5.2 Advies

Indien het bevoegd gezag voornemens is om aan de omgevingsvergunning voorwaarden te verbinden als bedoeld in lid 22.5.1, onder c, vraagt het bevoegd gezag advies aan de deskundige op het gebied van de cultuurhistorie, zoals de erfgoedcommissie of een daarvoor in de plaats tredende gelijkwaardige commissie, vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Werkendam.