direct naar inhoud van Artikel 18 Water
Plan: Kern Nieuwendijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0870.03BP1009kernNWD-VA01

Artikel 18 Water

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. waterhuishoudkundige doeleinden;
  • b. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waterafvoer en waterberging;
  • c. kunstwerken, bruggen en waterstaatswerken.

met daaraan ondergeschikt:

  • d. (dag)recreatief medegebruik;

alsmede voor:

  • e. wonen in woonschepen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats';
  • f. (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen;
  • g. waterhuishoudkundige voorzieningen, zoals bruggen, dammen, duikers, steigers, zinkers en overstorten;
  • h. de instandhouding en bescherming van gemeentelijke monumenten, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – gemeentelijk monument';

een en ander met de daarbij behorende:

  • i. groenvoorzieningen, zoals plantsoenen, bermen en overige beplantingen;
  • j. verkeers- en verblijfsvoorzieningen waaronder begrepen in- en uitritten, wegen en paden en overige verhardingen;
  • k. voorzieningen van openbaar nut, waaronder begrepen informatiezuilen, kunstwerken en dergelijke;
  • l. nutsvoorzieningen, waaronder begrepen leidingen en bijbehorende voorzieningen.

18.2 Bouwregels
18.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

18.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 3 meter, behoudens:
    • 1. speeltoestellen, kunstwerken en bewegwijzering, waarvan de hoogte niet meer dan 5 meter mag bedragen;
    • 2. licht- en andere masten, waarvan de hoogte niet meer dan 8 meter mag bedragen.

18.3 Nadere eisen
18.3.1 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en omvang van bouwwerken met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • c. het uitzicht van woningen;
  • d. de verkeersveiligheid;
  • e. de sociale veiligheid;
  • f. de brandveiligheid.

18.4 Afwijken van de bouwregels
18.4.1 Afwijken voor gebouwen voor beheer en onderhoud

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 18.2.2, onder a voor het bouwen van gebouwen voor beheer en onderhoud van de in lid 18.1 genoemde gronden, mits:

  • a. de oppervlakte per gebouw niet meer dan 25 m² bedraagt;
  • b. het belang van de waterhuishouding met betrekking tot de waterkwantiteit en waterkwaliteit niet onevenredig wordt aangetast;
  • c. vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de waterbeheerder over de vraag of door de voorgenomen activiteit het belang van de waterhuishouding niet onevenredig wordt aangetast en welke voorwaarden aan de afwijking moeten worden gesteld.

18.5 Specifieke gebruiksregels
18.5.1 Woonschepenligplaats

Ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats' is per aanduiding één ligplaats voor een woonschip toegestaan.