direct naar inhoud van Artikel 15 Tuin
Plan: Kern Sleeuwijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0870.02BP1045kernSLWK-VA01

Artikel 15 Tuin

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuinen, gazons of open terreinen, behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;
  • b. uitbreidingen behorende bij de op aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;

    een en ander met de daarbij behorende:
  • c. groenvoorzieningen, zoals bermen en overige beplantingen;
  • d. water en waterhuishoudkundige voorzieningen, zoals (berm)sloten, greppels, watergangen, bruggen en duikers;
  • e. verkeers- en parkeervoorzieningen, zoals in- en uitritten en overige verhardingen;
  • f. nutsvoorzieningen, waaronder begrepen leidingen en bijbehorende voorzieningen.
15.2 Bouwregels
15.2.1 Uitbreidingen aan het hoofdgebouw

Voor het bouwen van uitbreidingen, zoals een erker, balkon of luifel, behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen, gelden de volgende regels:

  • a. De diepte van de uitbreiding mag niet meer bedragen dan 1,5 m.
  • b. De afstand tot de voorste perceelsgrens mag niet minder bedragen dan 2 m.
  • c. De bouwhoogte van een erker of luifel mag niet meer bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw.
  • d. De breedte van een uitbreiding mag niet meer bedragen dan 2/3 van de breedte van de voorgevel van het hoofdgebouw.
15.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • a. De hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 1 m, behoudens erf- en/of terreinafscheidingen achter de voorgevellijn, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 2 m mag bedragen.
15.3 Nadere eisen
15.3.1 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en omvang van bouwwerken met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • c. het uitzicht van woningen;
  • d. de verkeersveiligheid;
  • e. de sociale veiligheid;
  • f. de brandveiligheid.