Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Kom Almkerk, Voorstraat 2 a/b, Albert Heijn
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0874.ALMKBPVoorstraat2a-VSG1

4.2 Bedrijven en milieuzonering

Het aspect bedrijven en milieuzonering gaat in op de invloed die bedrijven kunnen hebben op hun omgeving. Deze invloed is afhankelijk van de afstand tussen een gevoelige bestemming en de bedrijvigheid. Milieugevoelige bestemmingen zijn gebouwen en terreinen die naar hun aard bestemd zijn voor het verblijf van personen gedurende de dag of nacht of een gedeelte daarvan (bijvoorbeeld woningen). Daarnaast kunnen ook landelijke gebieden en/of andere landschappen belangrijk zijn bij een zonering tot andere, minder gevoelige, functies zoals bedrijven.
 
Bij een ruimtelijke ontwikkeling kan sprake zijn van reeds aanwezige bedrijvigheid en van nieuwe bedrijvigheid. Milieuzonering zorgt er voor dat nieuwe bedrijven een juiste plek in de nabijheid van de gevoelige functie krijgen en dat de (nieuwe) gevoelige functie op een verantwoorde afstand van bedrijven komen te staan. Doel hiervan is het waarborgen van de veiligheid en het garanderen van de continuïteit van de bedrijven als ook een goed klimaat voor de gevoelige functie.
 
Milieuzonering beperkt zich tot milieuaspecten met een ruimtelijke dimensie zoals: geluid, geur, gevaar en stof. De mate waarin de milieuaspecten gelden en waaraan de milieucontour wordt vastgesteld, is voor elk type bedrijvigheid verschillend. De 'Vereniging van Nederlandse Gemeenten' (VNG) geeft sinds 1986 de publicatie 'Bedrijven en Milieuzonering' uit. In deze publicatie is een lijst opgenomen, met daarin de minimale richtafstanden tussen een gevoelige bestemming en bedrijven. Indien van deze richtafstanden afgeweken wordt, dient een nadere motivatie gegeven te worden waarom dat wordt gedaan.
 
Het belang van milieuzonering wordt steeds groter, aangezien functiemenging steeds vaker voorkomt. Hierbij is het motto: 'scheiden waar het moet, mengen waar het kan'. Het scheiden van milieubelastende en milieugevoelige bestemmingen dient twee doelen:
  • het reeds in het ruimtelijk spoor voorkomen of zoveel mogelijk beperken van hinder en gevaar bij gevoelige bestemmingen;
  • het bieden van voldoende zekerheid aan de milieubelastende activiteiten (bijvoorbeeld bedrijven) zodat zij de activiteiten duurzaam, en binnen aanvaardbare voorwaarden, kunnen uitoefenen.
Conclusie
Onderhavig plan voorziet in de uitbreiding van een drietal winkels. De winkels worden in het kader van bedrijven en milieuzonering niet als een gevoelige bestemming gezien. Voor het vergroten van de winkels behoeft dus niet beoordeeld te worden of er milieubelastende aspecten vanuit de omgeving zijn die een beperking opleveren voor gevoelige bestemmingen. Ten tweede worden de winkels zelf wel als een milieubelastende activiteit gezien. De maximale richtafstand op basis van de VNG-uitgave die voor deze activiteit wordt aangegeven is 10 meter voor zowel het aspect geluid als gevaar.
Binnen een straal van 10 meter vanaf het plangebied zijn een aantal gevoelige bestemmingen in de vorm van woningen aanwezig. In de huidige situatie zijn echter ook al woningen aanwezig op minder dan de richtafstand voor een supermarkt. Het gaat hier bijvoorbeeld om de De Ridderstraat 1, en de twee woningen boven de supermarkt. Hieruit blijkt dat de gemeente al eerder planologisch heeft toegestaan dat woningen dichter bij de winkels gesitueerd mogen worden dan op basis van de VNG-uitgave geadviseerd wordt.
Onderhavig plan levert ten aanzien van het aspect gevaar een verbetering op. Het koelsysteem voor de koelvakken van de supermarkt zal als onderdeel van de plannen vernieuwd worden. Het nieuwe systeem maakt gebruik van CO2 en niet meer van freon. Hierdoor wordt het potentiële gevaar op dit punt verminderd. Voorts zal deels inpandig geparkeerd worden, eventuele ongelukken door het 'doorschieten' van de vrachtwagen bij het parkeren worden weggenomen. Voorts vindt op het terrein geen opslag van ammoniak, lpg of gasflessen plaats. Het aspect gevaar kan voor onderhavig plan ook als niet reëel bestempeld worden.
Ten aanzien van het aspect geluid wordt verwezen naar de paragraaf 4.4. In deze paragraaf worden de akoestische gevolgen van het plan toegelicht. Voor dit aspect treedt namelijk ook een duidelijke verbetering op.